Home / Liedjes / De ondergang van Napoleon

De ondergang van Napoleon


Napoleon! waar zijt gij gebleven?
Napoleon! waar is uwe tijd?
Eertijds waart ge Keizer van Rome,
Maar nu zijt ge dat alles kwijt,
Maar nu zijt ge dat alles kwijt.

Waar zijn al uw brave soldaten?
Waar is Maria Loniza, uw kind?
Geheel Nederland moet gij verlaten,
Daar ge u nu op een eiland bevindt,
Daar ge u nu op een eiland bevindt.

Waar is Antwerpen, Vlissingen, Oostende,
Waarvan gij trok zoo menig millioen?
Eertijds had gij er plaats om te wonen,
Maar nu hebt ge er niets van te doen,
Maar nu hebt ge er niets van te doen.

Waterloo zult gij altijd onthouden,
Als gij denkt aan dien droevigen dag.
Ge meendet er u dapper te houden,
Maar helaas, gij verloor dezen slag,
Maar helaas, gij verloor dezen slag.

Gij riept altoos: ‘Komt over, O Belgen!
Komt nader en reikt mij uw hand,
Had ik u, ik zou er niet wijken,
Niet bevreesd zijn voor Holland,
Niet bevreesd zijn voor Holland.’

Maar niets kon het roepen u baten,
Gij verloor toen hand over hand,
En veel van uw brave soldaten,
Die moest ge laten in Holland,
Die moest ge laten in Holland.

Men zag daar de eerste lancieren,
De dragonders waren vooruit,
Maar de Hollandsche kurassieren,
Die spelen altijd achteruit,
Die spelen altijd achteruit.

Adieu dan Frankrijk, hoog geprezen,
Ik heb er verloren den slag,
Koerland heb ik moeten vreezen,
Ik moest naar het eiland tot straf,
Ik moest naar het eiland tot straf.

Ik zeg: ‘Adieu! mijn brave soldaten’,
Ik zeg: ‘Adieu mijn vrouw en zoon,
Dit verlies doet mij u verlaten,
Ja zelfs stad en land en kroon,
Ja zelfs stad en land en kroon.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten