Home / Liedjes / Marskramer

Marskramer

Schrijver: J.B. Kramer
Met dank aan Jeanne Albers voor het insturen van de tekst

Met al zijn handel op zijn rug
stond Koos de kramer naast de brug
zijn waterblaas te legen.
De steile oever van de beek
was, zo hem pas iets later bleek
bemodderd door de regen.
Koos had zijn plasje net gedaan
en wilde weer naar boven gaan
maar is toen uitgegleden.
Geholpen door zijn handelsvracht
en door de aardse zwaartekracht
kwam hij zeer snel beneden.
De modder had zijn val versneld
doch dat heeft Koos nooit zelf verteld.
Hij kon alleen maar hopen
ook dat heeft hij maar kort gedaan
want in het beekje onderaan
is hij meteen verzopen.



In de 19de eeuw trokken zogenaamde kiepkeerl's
door de omgeving. Deze marskramers verhandelden allerlei goederen voor huishoudelijk gebruik.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten