Jaren 60 en 70



 

7. Feminisme en emancipatie van de vrouw

Geschreven door Ilse Steel

(klik op de plaatjes om ze te vergroten)

Het feminisme is een beweging die streeft naar de verbetering van de positie van de vrouw op cultureel, economisch, sociaal en politiek gebied, ervan uitgaande dat die positie op al deze gebieden is achtergesteld bij die van de man.

De ideologie van de vrouwenbeweging omvat drie hoofdstromingen, reformistisch of ‘civil rights’-feminisme:

  1. Het streven naar gelijkberechtiging van de vrouw met de man (vrouwenemancipatie);

  2. Radicaal feminisme, het streven naar opheffing van de normen, waarden en gedragspatronen die de achterstelling van de vrouw bij de man bestendigen (vrouwenbevrijding);

  3. Socialistisch feminisme, het streven naar de bevrijding van de vrouw, gekoppeld aan de strijd tegen de ongelijkheid tussen de sociale klassen.

De  eerste  feministische golf (1880-1920) draaide rond een centraal thema, namelijk het verkrijgen van kiesrecht voor vrouwen. Een belangrijk strijdster voor het algemeen  kiesrecht  was Aletta Jacobs, zij was van 1904 tot 1920 voorzitster van de in 1874 opgerichte Vereniging Voor Vrouwenkiesrecht.  In 1922 komt er echt algemeen kiesrecht in Nederland, dat wil zeggen kiesrecht voor alle volwassen mannen en  vrouwen.

De strijdsters voor het vrouwenkiesrecht hadden het niet gemakkelijk, ze werden, vooral door mannen, belachelijk gemaakt. Ook werden  er argumenten aangehaald om te bewijzen dat vrouwen niet geschikt waren om mee te kiezen voor vertegenwoordigers in het landsbestuur. Hier onder volgen enkele van deze argumenten.

Demonstratie voor

het vrouwenkiesrecht

  1. De vrouw is een gevoelsmens, de man daarentegen een verstandsmens. Een nuchtere, rationele bezigheid als het besturen van landszaken moet je daarom overlaten aan een man;

  2. De vrouw is makkelijk te beïnvloeden en daarom zal ze een gemakkelijke prooi zijn voor dogmatische ideeën en de verspreiders daarvan;

  3. De man is het hoofd van het gezin. De vrouw mist voor burgerlijke rechtshandelingen de volledige handelingsbevoegdheid, daarom is zij rechtsondergeschikt aan de man;

  4. Wanneer de vrouw het kiesrecht verleend zou worden, zou het gezin ontwricht worden. De vrouw zou meer buitenshuis vertoeven (b.v. het bijwonen van politieke bijeenkomsten). Daardoor zou de moederplichten verwaarloosd worden. Een seksenstrijd is dan niet uitgesloten omdat het ‘natuurlijk evenwicht’ dan verstoord zou zijn, want de vrouw hoort van nature eigenlijk thuis in het gezin.

Pas in 1956 wordt de gehuwde vrouw handelingsbekwaam voor de wet, het begin is gemaakt !

Simone de Beauvoir

De Franse schrijfster Simone de Beauvoir (1908-1986) is vooral beroemd geworden door haar boek “De Tweede Sekse” (een uitvoerige studie van de ondergeschikte en achtergestelde positie van de vrouw), verschenen in 1949. Dit boek wordt door veel mensen als de bijbel  van het  feminisme gezien.

Het centrale idee van het boek is terug te vinden in de volgende, veel geciteerde zin: “Je wordt niet als vrouw geboren, je wordt vrouw gemaakt !”

Simone de Beauvoir

Simone de Beauvoir wordt gezien als een van de belangrijkste twintigste-eeuwse denkers van de feministische levensbeschouwing. Haar denken is sterk beïnvloed door de beroemde filosoof Jean Paul Sartre, haar levensgezel. Hij was een van de belangrijkste grondleggers van het existentialisme (stroming in de filosofie). Vrijheid is een kernbegrip binnen deze stroming.  

In de jaren zestig en zeventig is ze erg actief in de Franse feministische beweging. Ze doet mee aan betogingen voor gratis anticonceptie en voor vrije abortus. Ook werkt ze mee aan het organiseren van protestbijeenkomsten tegen misdaden begaan tegen de vrouw. Ook ondertekende Simone de Beauvoir het manifest van de 343, waarin ze met 342 andere vrouwen verklaart een abortus te hebben ondergaan, dus zich schuldig te hebben gemaakt aan een strafbaar feit ! In 1949 was er nog geen sprake van een goed georganiseerde feministische beweging. Die  strijd zou een tiental jaren later pas echt losbarsten !

Internationale vrouwendag

In 1910 werd in Kopenhagen (Denemarken) 8 maart uitgeroepen tot de Internationale Vrouwendag, als symbool van de strijd van vrouwen tegen deze onderdrukking !

In de tweede helft van de jaren zeventig is deze onderdrukking nog steeds een feit en wordt de strijd ertegen verscherpt.

De vrouwen vechten tegen onderdrukking in het huishouden, tegen het isolement (omdat het gezin een privézaak is), tegen de achterstelling in het arbeidsproces (vrouwen willen niet behandeld worden als tweederangs arbeidskrachten), etc.

Er wordt strijd gevoerd tegen de ideologische onderdrukking, men strijdt voor ‘blijf van mijn lijf huizen’, vrouwen demonstreren tegen seksueel geweld en tegen de behandeling van de vrouw als seksobject.

De Internationale Vrouwendag op 8 maart wordt nog steeds gevierd als een steeds terugkerend hoogtepunt, niet alleen als strijddag, maar ook als een feestdag om de successen en de vooruitgang in de vrouwenstrijd te vieren !

Nederland en de tweede feministische golf

Bewustwording, klassenstrijd

Het in 1967 verschenen artikel,  “Het onbehagen van de vrouw”,  van Joke  Kool Smit was een belangrijke aanzet voor de herleving  van het  feminisme in Nederland (Joke Kool Smit overlijdt in 1981 op achtenveertigjarige leeftijd).

De kern van het  artikel  was  dat vrouwen  in  feite alleen op papier gelijke  rechten  hadden.  Op sociaal,  economisch en cultureel gebied was er nog steeds sprake van een grove achterstelling.

Joke Kool Smit

Joke Kool Smit pleitte voor een actievere rol van de overheid bij het wegwerken van deze achterstelling. Zij vond dat de overheid situaties diende te scheppen voor de gehuwde vrouw, opdat deze de mogelijkheid zou krijgen om een beroep uit te kunnen oefenen, naast de  vervulling van haar gezinsplichten.

In het begin van de jaren zestig moesten vrouwen hun baan opgeven als ze in verwachting raakten !

De tweede feministische golf werd in het begin vooral gedragen door vrouwen uit de middenklasse. Veel vrouwen die hoger onderwijs volgden in de jaren vijftig en zestig en na hun studie het geleerde in de praktijk  wilden  brengen, liepen met hun optimistische  verwachtingen  tegen  een muur  van  verzet  en  weerstand  op.  De samenleving  was  nog niet ingesteld op  werkende  vrouwen.  Geen crèches,  deeltijdbanen  en ongelijke lonen.  Ook bestond er  een geestelijke weerstand, (vooroordeel) tegen de werkende vrouw.

MVM


Hedy d’Ancona

De MVM, Man  Vrouw  Man, organisatie wilde daar verandering in brengen, vooral  als pressiegroep naar de overheid toe. Deze organisatie werd opgericht in 1968 door o.a. Joke Smit en Hedy d’Ancona.

Streven was het doorbreken van de traditionele rolpatronen van mannen en vrouwen, de seksegebonden taakgebieden en het ontwikkelen van een ander maatschappijmodel met nieuwe individuele leefpatronen, waarbij het traditionele gezin niet langer norm is. Er was ook plaats voor mannen binnen deze organisatie die in 1988 werd opgeheven. 

De MVM organisatie richtte haar aandacht vooral op het verbeteren van de combinatie moederschap en buitenshuis werken.

De nationale actie, Op de vrouw af, 9 en 10 november 1970, een samenwerkingsproject van onder andere: MVM, Dolle Mina en de NVSH had als doel meer bekendheid te geven aan het bestaan van emancipatiebewegingen.

In 1974 wordt de Emancipatie commissie opgericht. Een van de taken van de Emancipatie commissie was het adviseren van de regering over een meer blijvende vorm waarin de overheid zich moet laten adviseren over emancipatievraagstukken.

In 1979 kwam de Emancipatie commissie met het voorstel een permanent, niet ambtelijk orgaan hier voor op te richten, de Emancipatieraad. In 1981 ingesteld en in 1997 opgeheven.

Liesbeth Peletier

Dit orgaan had onder meer tot taak de regering te adviseren over voornemens die aanzienlijke gevolgen konden hebben voor de positie van vrouwen en de rolverdeling tussen mannen en vrouwen.

Liesbeth Peletier Ribbius (1891 -1989), een Nederlandse politica, was een voorvechtster van vrouwenemancipatie en als secretaris van de Bond van Sociaal-Democratische Vrouwen clubs zette zij zich in voor alfabetiseringsprogramma’s en bepleitte ze vakantie voor de arbeidersvrouw. Als eerste vrouw werd ze in 1958 lid van de Raad van State.  

Een nieuwe term ontstond: SEKSISME, het maken van onderscheid in de behandeling van mannen en vrouwen op grond van hun geslacht. Deze term werd en wordt meestal gebruikt als er sprake is van een onterechte achterstelling van vrouwen.

Dolle Mina’s

De Dolle Mina’s ontlenen hun naam aan Wilhelmina E. Drucker (1847-1925), een invloedrijk Nederlands feministe. Deze eind 1969 opgerichte radicale  feministische  actiegroep streefde naar radicale verandering van de samenleving met als hoofddoel: een volledige maatschappelijke gelijkstelling van man en vrouw. 

Er worden allerlei  ludieke acties gehouden: nafluiten van mannen, er wordt opgeroepen tot een kookstaking en er worden pamfletten uitgereikt aan jonge bruidsparen op het stadhuis, met de vraag: wie haalt het haardotje uit de gootsteen.

Wilhelmina Drucker

In 1970 bestormden de Dolle Mina’s het opleidingsinstituut Nijenrode, waar geen vrouwen werden toegelaten.  Door ludieke acties vestigde deze groep de aandacht op allerlei vormen van vrouwen‑onderdrukking  en achterstelling.

Door de leus, ‘baas in  eigen buik’ wordt het feministisch standpunt over abortus naar  voren geschoven, en in een moeite door gingen de Dolle Mina’s de straat op om actie te voeren voor opname van de pil in het ziekenfondspakket.

De pil paste precies in de filosofie van de abortusstrijd. Vrouwen konden er maar beter voor zorgen niet zwanger te raken, abortus was een noodmaatregel. In oktober 1970 liepen de vrijgevochten vrouwen in een demonstratieve optocht door de Amsterdamse binnenstad, met spandoeken waarop kreten als: Moeders wil is wet, met de pil naar bed. De pil moet rollen, en de pil voor 0 cent. U geniet zoveel meer. In 1972 kreeg Dolle Mina haar zin, de pil werd in het ziekenfondspakket opgenomen. Gratis en voor iedereen !

Nog een paar spandoekkreten: Met de pil meer mens, slik een pil en doe wat je wil ! Ook de Dolle Mina’s droegen op een eigentijdse manier  een steentje bij aan de veranderingen voor de vrouw.

BOM groep (Bewust Ongehuwde Moeders)

Men  zou  dit  bijna een logisch gevolg  kunnen  noemen  van  het voorgaande. De BOM  groep werd opgericht in 1977 op initiatief van  Cecile Jansen te Amsterdam, na een oproep door middel van een advertentie in Het Parool; officiële opheffing heeft niet plaatsge­vonden. Doelstelling: wederzijdse ondersteuning bij en het bevorderen van acceptatie van het bewust ongehuwde moederschap; in de praktijk werd voorlichting, onder meer op scholen, een belangrijke taak.

Ook was de maatschappelijke onmogelijkheid om zonder gehuwd te zijn moeder te worden, vele vrouwen een doorn in het oog. Zij wilden dat de maatschappij en de kerk het recht op moederschap zouden erkennen, zodat iedere vrouw die graag een kind wilde baren daartoe in staat gesteld zou worden ongeacht de maatschappelijke omstandigheden. Dit stuitte op veel weerstand en Nederland stond weer eens op zijn kop! 

Het wel een kind willen hebben maar geen echtgenoot stond haaks op het gezin als hoeksteen van de samenleving.  Vooral het idee dat de vrouw zich een man uitzoekt die ze goed genoeg acht om haar de gewenste zwangerschap te verschaffen om hem daarna de laan uit te sturen zorgde voor veel commotie.  

Het jaar 1975 wordt uitgeroepen tot het jaar van de vrouw. Dat jaar wordt de wet gelijke behandeling ingediend in de kamer en onder invloed van de EG-wetgeving kwam in 1975 de ‘Wet gelijk loon voor vrouwen en mannen tot stand’. In de daarop volgende jaren komen er vrouwenhuizen,  vrouwen‑praatgroepen voor vrouwen tot dertig jaar, meestal ondergebracht of onderdeel van een vormingscentrum van vrouwen, VOS cursussen (Vrouwen Oriënteren zich op de Samenleving), bedoeld voor vrouwen boven de dertig jaar die ook graag deel willen nemen aan het emancipatieproces, moeder-mavo’s en kindercrèches.

In 1976 leidt het bewind van de minister van justitie van Agt tot de bezetting van de Bloemenhoven kliniek (dit was destijds een kliniek waar abortussen werden gepleegd in Nederland).

Discriminatie van vrouwen is verboden op grond van het in 1979 gesloten VN-verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen !

Dries van Agt

In 1980 komt de ‘Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen’ tot stand. Deze verbiedt het maken van onderscheid (direct of indirect)in het arbeidsproces.

De media

Cartoon uit

OPZIJ

Ook in de media zien we dat het vrouwenstandpunt wordt  uitgedragen. Er verschijnen allerlei vrouwenkranten en vrouwentijdschriften, het meest beruchte is wel het maandblad OPZIJ.

De overheid  gaat zich ook intensiever bezighouden met de vrouwenemancipatie dat uiteindelijk als resultaat  heeft dat er een eigen staatssecretariaat komt voor emancipatie. In 1978 wordt Jeltien Kraaijeveld Wouters staatssecretaris van emancipatiezaken.

Jeltien Kraaijeveld

Deze tweede feministische golf houdt zich dus vooral bezig met:

  1. De sociale economische en culturele gelijkheid van de vrouw. Gelijke kansen en rechten op het gebied van onderwijs,  arbeid en belastingen.

  2. Veranderingen van de rolpatronen binnen het gezin. Zelfbeschikkingsrecht  over het  lichaam. Meer parttime banen.

De feministische beweging verbreedde zich in de jaren zeventig. Alle lagen van de bevolking waren en zijn er mee bezig, huisvrouwen, vrouwen die buitenshuis werken, studentes etc. 

Vrouwentherapiecentrum Lilith, in Tilburg

In het vrouwentherapiecentrum Lilith in Tilburg, opgericht door Toos van den Hurck in 1976, kunnen ernstig getraumatiseerde vrouwen in therapie. Als een van de therapeuten vecht ze tegen de starre reguliere hulpverlening. Omdat de reguliere  zorg het af liet weten als vrouwen een specifieke benadering behoefde richtte ze Lilith op. De vrouwenbeweging vond het een vorm van navelstaarderij die de publieke en politieke actie voor vrouwenrechten in de weg stond.

Alle kritiek ten spijt zette Toos van den Hurck door en het werd haar levenswerk. Verguisd door de een en opgehemeld door de ander, altijd het onderwerp van ideologische discussies, maar ook een reddingsboei voor ernstig getraumatiseerde vrouwen. Volgens haar zal Lilith altijd omstreden blijven “omdat wij zichtbaar maken dat het geweld tegen vrouwen voortduurt en dat de reguliere hulpverlening daar niet voldoende op in springt”.

Opmerkingen aan het adres van vrouwen

Vooral in de beginjaren van de vrouwenemancipatie waren de opmerkingen die vrouwen naar hun hoofd geslingerd kregen niet mis. Een voorbeeld: Op een verjaardagsfeestje valt het woord, vrouwenbewegingen, en jij zit als enige vrouw daar uit zo’n groep. Ze kijken allemaal naar jou en het gevolg hiervan is dat je direct in de verdediging moet. Er vallen kreten als: malle feministe, geëmancipeerde troela, rooie Sien en meer van dat moois. Dan kun je twee dingen doen n.l. je mond houden of een discussie aangaan tot in de kleine uurtjes om het verschil tussen emancipatie en feminisme uit te leggen (de meeste mensen kennen het verschil tussen deze twee stromingen  niet).

De meeste jonge vrouwen kozen voor het laatste omdat ze zo graag hun standpunt duidelijk wilden maken en begrip wilden kweken. Het begrip kwam er wel maar het proces ging langzaam, nieuwe stromingen hebben tijd nodig. De meeste vrouwen die in deze vrouwenbewegingen zitten hebben wat andere idealen, een wat andere levensopvatting, schoppen hier en daar wat tegen het huishouden aan voor wat meer vrije tijd binnen en buiten het gezin (wat eigenlijk normaal zou moeten zijn maar in de praktijk blijkt dat dit vaak niet kan), maar deze vrouwen zijn geen feministes !  

Vrouwenfestivals

Vooral in de jaren zeventig werden de vrouwenfestivals erg populair. In 1978 werd in het Amsterdamse Bos een vrouwenfestival georganiseerd. Vanuit het hele land stroomden de jonge vrouwen richting Amsterdams Bos. Er stonden kraampjes met frisdrank en stokbrood, informatiestands, met folders over vrouwen activiteiten, vrouwenbewegingen, feminisme etc.

In een tent werd een videofilm vertoond met opnames van het vorige vrouwenfestival. Het was de bedoeling dat de vrouwen zelf het feest zouden maken, maar veel vrouwen durfden nog niet op de voorgrond te treden. Het bord met aankondigingen van optredens bleef erg leeg, zodat het feest maar langzaam op gang kwam.

Dit zou in de jaren hierna wel anders worden, omdat de jonge vrouwen het acceptatieproces achter de rug hadden en veel mondiger waren geworden. De houding van de maatschappij ten opzichte van de vrouwenemancipatie had ook een verandering ondergaan, subsidieregelingen, kinderopvang, moedermavo etc. Dit alles maakte dat de jonge vrouwen makkelijker en losser met hun ideeën op de voorgrond traden en dat elk vrouwenfestival een waar feest werd !         

Vrouwencafé

Veel jonge vrouwen gingen in de jaren zeventig naar het vrouwencafé dat aan een grote behoefte van vrouwen om een eigen ontmoetingsplaats te hebben voldeed. Voor de jonge mannen was het even slikken want: ze mochten er niet binnen !

In die tijd had de jonge vrouw die gehuwd was vaak een probleem, vond haar man het wel goed dat ze alleen uit ging, ook al was het naar een vrouwencafé waar alleen vrouwen kwamen ?

Maar ook de man probeerde mee te emanciperen en zo veroverde de jonge vrouw een beetje meer vrijheid buitenshuis zonder dat daar problemen van kwamen.

In het vrouwencafé werden films gedraaid, b.v. “Take It As A Man Madam” uit 1975, er trad regelmatig een vrouwencabaret op en er waren thema-avonden. Enkele voorbeelden hiervan: vrouw en reclame, huisvrouwenziekte, vrouwen en vakantie en hoe breng je nieuwe ideeën over vrouw zijn in de praktijk. Deze thema-avonden werden goed bezocht. Daarnaast had men ook de gewone café avonden waar bij een kopje koffie de gezelligheid met elkaar gedeeld werd.

Vrouwenhuizen

Hier konden vrouwen terecht met hun problemen. Er was tijd en aandacht om naar deze vrouwen te luisteren, en men probeerde met de vrouw samen tot oplossingen te komen. Had men geen problemen dan was men ook welkom in het vrouwenhuis dat naast thema-avonden ook vele andere activiteiten voor vrouwen  organiseerde. Er zijn goede contacten met andere vrouwenhuizen in Nederland en men wisselt regelmatig ervaringen uit, daarnaast heeft men ook een landelijk overleg op bepaalde tijden.

In Eindhoven (Nederland), werd in de week van 23 tot en met 29 april 1978 een experimentele vrouwenweek gehouden. Met workshops, over o.a. film, theater, beweging, muziek etc. hoopte men vele vrouwen een plezier te doen. In de avonduren kon met genieten van een goed concert, film of cabaret. Er was een doorlopende crèche aanwezig en ook slaapgelegenheid voor de kleintjes. De week werd als zeer geslaagd beschouwd door de deelnemende vrouwen en voor herhaling vatbaar.

Vrouwenhuis te Brugge, België 1978

Een aantal Nederlandse vrouwen van het vrouwenhuis ging op bezoek bij onze zuiderburen om te kijken hoe het er daar aan toe ging.  De meeste vrouwen vonden dat het er in het vrouwenhuis in Brugge, België, plezieriger, gemoedelijker en niet zo feministisch aan toe ging als b.v. in het Amsterdams vrouwenhuis dat neigt naar mannenhaterij.

Op woensdag worden er thema-avonden gehouden en vrijdags een gezellig programma. Heeft een vrouw problemen met haar man dan wordt er alleen met de vrouw gepraat. Wil de man ook iets zeggen dan verwijst het vrouwenhuis naar de voor jou meest geschikte instantie. Er is een goed contact met verschillende diensten, maar geen echt landelijk overleg (plaatsgebonden). Het vrouwenhuis in Brugge heeft een duidelijke doelstelling, namelijk vrouwen weerbaar maken. 

Blijf van m’n lijf huis

In de Blijf van m’n lijf huizen worden vrouwen opgenomen die door hun man of vriend zwaar mishandeld worden. Ze worden er opgevangen, er wordt met de vrouwen gepraat, en ook de kinderen kunnen in dit huis terecht.

In de jaren zeventig waren de Blijf van m’n lijf huizen, triest genoeg, meestal helemaal vol. De vrijwilligers doen veel moeite en brengen de vrouwen in contact met b.v. advocaten, maatschappelijke werksters en woningbureau’s, om ze zo snel mogelijk weer zelfstandig te laten leven in de maatschappij.

Seksueel geweld

In Nijmegen startte men in 1978 met tien vrijwilligsters een hulpdienst voor vrouwen op die verkracht of aangerand  waren. Met deze hulpdienst hoopte men die groep vrouwen te kunnen helpen die graag wilde praten over hun ervaringen met seksueel geweld. Ook gaf men adviezen en informatie op medisch en juridisch gebied.

Onder seksueel geweld wordt verstaan: alle geestelijk en lichamelijk geweld dat vrouwen dwingt hun lichaam te laten gebruiken als seksobject.

Door het houden van lezingen over seksueel geweld kreeg de hulpdienst de nodige publiciteit om het onderwerp maatschappelijk bespreekbaar te maken.

Rolpatronen

Ondanks alle vernieuwingen op allerlei gebied blijft Nederland een land vol tegenstrijdigheden. Op het gebied van vrouwenemancipatie gaan progressieve meningen en traditionele praktijken hand in hand. Nog steeds bestaan er verschillen in deelname aan betaalde arbeid en aan zorgtaken door vrouwen en mannen. Vrouwen verrichten nog steeds minder op betaalde arbeid dan mannen, zelfs als ze hetzelfde vak uitoefenen verdienen ze per uur gemiddeld minder dan mannen.

Met betrekking tot de inzet van vaders bij het zorgen voor de kinderen blijkt er een diepgewortelde verbondenheid te bestaan met het idee dat de man de kost moet verdienen. Het beeld van de vrouw is zeker in de jaren zestig en zeventig sterk veranderd. Stopte men vroeger nog met werken als men trouwde, en kreeg men al snel een aantal kinderen, dan bleef de vrouw heel haar leven huisvrouw. Nu houden vrouwen niet op met werken omdat ze een man hebben, hoogstens lassen ze een werkpauze in na de geboorte van een kind, dat ook al op latere leeftijd, vaak rond hun dertigste geboren wordt.

Voor mannen is er weinig verschil met vroeger. Aan het einde van een opleiding zoekt men een baan en hun hele verdere leven blijven ze werken, ongestoord door veranderingen in het huwelijk of in het gezin. Er zijn wel huismannen, deze trend ontwikkelde zich in de jaren zeventig, maar hun aantal is niet zo groot en dus blijft het rollenpatroon min of meer bestaan. Een goed voorbeeld is de reclame die zowel op radio als tv duidelijk op de vrouw is gericht. In de jaren zestig en zeventig protesteerden de vrouw tegen het beeld dat neergezet werd in de reclame. Men vond het stupide dat men vast bleef houden aan de rolpatronen van vroegere jaren terwijl er duidelijk waarneembare veranderingen hadden plaatsgevonden.

Door het belachelijk maken van deze  reclame door de vrouwen sloeg men op een gegeven moment een andere weg in. Het beeld van de altijd vrolijk poetsende huisvrouw, zwijmelend bij een nieuw wasmiddel werd enigszins bijgesteld.

Door vlottere types te gebruiken met een baan en, die de indruk wekten een wervelend bestaan te leiden, vond dit wat meer genade in de ogen van de vrouwen en kwam er weer wat rust in reclameland.

Maar aan het einde van de vorige eeuw (20ste), komt men toch tot de ontdekking dat er in wezen niet zoveel veranderd is, alleen aangepast aan de tijd, wat inhoudt dat de reclame nog steeds meer op vrouwen dan mannen is gericht en waarschijnlijk zal dit wel zo blijven omdat het rollenpatroon nooit helemaal zal verdwijnen. De tijd zal het leren en intussen moeten we ons van de reclame niet zoveel aantrekken en het met humor bekijken, dan verdwijnt de ergernis als sneeuw voor de zon. Vrouwen blijven vrouwen en mannen blijven mannen ook in de reclame ! 

Sara

Sara was een feministische uitgeverij. Uit het  samengaan van dertien vrouwen die een feministische uitgeverij wilden oprichten en de kleine uitgeverij Dolle Mina wordt op 11 augustus 1977 de feministische uitgeverij Sara opgericht. Fictie, non fictie en poëzie.

Sara gaat in 1987 failliet. Uitgeverijen Van Gennip en Van Ditmar kocht de voorraad op. Van Gennip kocht de rechten van pas verschenen boeken en het recht om de handelsnaam Sara te gebruiken.  

Enkele voorbeelden van schrijfsters en hun boeken:

George Sand, eigen naam Amandine L.A. Dupin, (1804-1876), Frans roman schrijfster, schreef o.a. liefdesromans waarin zij opkomt voor de emancipatie van de vrouw. Vriendin van De Musset (schrijver van gedichten, romans en blijspelen) en bevriend met Chopin en Flaubert. Bij uitgeverij Sara verscheen van haar in de reeks historische romans, “De geschiedenis van mijn leven”.

Josine Reuling, (1899-1962). In 1937 voltooide ze de roman “Terug naar het eiland”, een lesbische klassieker. De pers schreef toen dat  zij al te gemakkelijk heenstapte over de tragiek van bepaalde afwijkingen in het zogenaamde ‘driftleven’. Met dit boek werd een voor die tijd opvallend verruimde visie geboden op het lesbisch bestaan. “Terug naar het eiland” werd in 1985 door Sara uitgegeven in de reeks van historische romans (eerder verschenen in 1937 bij uitgeverij Querido te Amsterdam).

Aleksandra Kollontaj, (1872-1952), schrijfster en politica. Werd in 1917 minister in het eerste kabinet van Lenin. Als enige vrouw had ze een belangrijk aandeel in het tot stand komen van wetten op het gebied van huwelijk en echtscheiding, kinderzorg, abortus etc. Ze zette zich op alle mogelijke manieren voor vrouwen in. De drie verhalen in het boek, “Liefde van werkbijen” (in 1923 voor het eerst gepubliceerd) geven een interessant beeld van het dagelijks leven in de roerige tijd van de eerste jaren na de revolutie. Veel Russische tijdgenoten (politiek verwante) vroegen zich geërgerd af hoe iemand die zich marxist en revolutionair noemde zoveel over liefde en seksuele moraal kon praten. Het heeft haar leven er niet gemakkelijker op gemaakt. “Liefde van werkbijen” werd in 1979 door Sara uitgegeven in de reeks van historische romans.

Van Doris Lessing, Britse schrijfster (1919 – heden) van romans, novellen en toneel, getuigend van een sterk engagement, verschijnt in 1962 “The Golden Notebook”. Uitgeverij Bert Bakker brengt in 1978 een Nederlandse vertaling uit, “Het gouden Boek”.

Het skelet van “Het Gouden Boek” bestaat uit een roman, “Vrije vrouwen”. De hoofdpersoon is Anna Wulf, schrijfster. Ze houdt vier verschillende notitieboeken bij: een zwart, een rood, een geel en een blauw. Ze hoopt zo haar verschillende gevoelens uit elkaar te kunnen houden en greep te krijgen op haar emotionele chaos. 

Uiteindelijk lukt dat niet; in plaats van ordening aan te brengen in de chaos wordt ze er door overweldigd en stort in. Op zichzelf teruggeworpen komt ze echter tot de conclusie dat wat eerst een chaotische warboel leek, wel degelijk aanknopingspunten blijkt te hebben voor een ordening van haar emotionele leven en dat de dingen die door elkaar lijken te lopen, dit niet zonder betekenis doen. Als ze tot dit besef is gekomen begint ze een gouden notitieboek, een aanvullend geheel waarin alle draden samenkomen.

In haar boek over vrouwenbewegingen (1962) beschrijft Doris Lessing de vrouwelijke emoties, agressie, wrok en vijandigheid. Beurtelings door de critici de hemel in geprezen of verguisd krijgt ze ook nog het predicaat van mannenhaatster opgeplakt. Toch worden al haar boeken bestsellers. In 2007 ontving ze de Nobelprijs voor de literatuur

Germaine Greer, (Australische van geboorte, 1939) maakte naam met haar boek, “De vrouw als eunuch”, in 1970 verschenen bij uitgeverij Meulenhoff.

Het boek is een feministisch manifest, waarin ze de onderwerping van de vrouw vanaf de Bijbelse tijden tot heden met de nodige humor, maar ook strijdlustig beschrijft. Het wordt een bestseller.

Haar feminisme geeft ze gestalte door naakt te poseren in het maanblad Suck. Greer neemt geen blad voor de mond en elk boek brengt opschudding te weeg, met haar uitspraken b.v. “geen seks is beter dan slechte seks”,  “het opkomen van mijn rozen vind ik opwindender dan een man” en “alle mannen zijn verkrachters” streek ze velen tegen de haren in.

In het boek, “Het lot van de vrouw”, (1984) gaat ze alle opvattingen over seks en anticonceptie provocerend te lijf (ook een bestseller). In 1999, na bijna dertig jaar vindt de feministe van het eerste uur het weer eens tijd om goed kwaad te worden, want wat heeft gelijkheid vrouwen nu eigenlijk gebracht ? In nog geen vier maanden gooide ze al haar woede en frustraties eruit wat resulteerde in het boek, “De hele vrouw”. Germaine Greer weet dat het vuur haar ook nu weer na aan de schenen zal worden gelegd, maar ze is er klaar voor.  Zelf zegt ze: “Dit boek moest geschreven worden !”

In een vrouwenkrantje dat destijds nog gestencild moest worden maakte Anja Meulenbelt, (geboren in 1945), haar schrijversdebuut. Een publicatie in 1976 over feministische theorieën (feminisme en socialisme), eenvoudig geschreven overzicht van hetgeen feministen-socialisten tot nu toe geleerd hebben, is bedoeld al stimulans en vooral om aan het werk te gaan !

Met het boek “De schaamte voorbij”, uitgeverij Van Gennip 1976, maakt ze pas echt naam. De schaamte voorbij is een persoonlijke geschiedenis, waarin een vrouw aan haar knellende huwelijksbanden ontsnapt en een lesbische relatie aangaat.

Het persoonlijke is politiek wordt in de vrouwenbewegingen gezegd, maar inzicht krijgen in het privéleven van andere vrouwen kan inzicht geven in de alledaagse vormen van vrouwenonderdrukking !  Met dit boek wil ze laten zien dat feminisme niet alleen een theorie is, maar ook een manier van leven, kwetsbaar en tegenstrijdig, maar de schaamte is voorbij !

Veel vrouwen die haar boek gelezen hebben zijn over hun eigen leven na gaan denken en dat was ook hetgeen wat Anja Meulenbelt wilde bereiken. Inmiddels beleeft het boek zijn tweeëntwintigste druk en is in 1999 in het Servisch vertaald. Na “De schaamte voorbij”, publiceerde Anja Meulenbelt meer dan dertig boeken, maar ze wordt nog steeds aan haar debuut herinnerd. “Er zijn nog steeds vrouwen die zeggen dat ze mijn boek hebben gelezen.”

Feminisme in de muziek

De liedjes van Corry Brokken, Conny Stuart en Conny  van den Bosch zetten de vrouwen aan het denken over hun eigen ‘huwelijksgeluk’.

Eind jaren vijftig en in het begin van de jaren zestig zongen miljoenen vrouwen onder het afwassen, stoffen, bedden verschonen etc. luidkeels de hits mee die het populaire radioprogramma Arbeidsvitaminen uitzond.

Maaike Meijer

De gezaghebbende feministe, Maaike Meijer heeft een studie gemaakt, in 1999, van populaire liedjes uit de jaren vijftig en zestig. Ze zingt ze inmiddels allemaal mee en geniet er ook nog van. Deze liedjes zijn niet alleen een afspiegeling van de ziel, maar ook van de samenleving zegt Maaike Meijer.

De teksten van de liedjes zijn soms ware brandhaarden van onvrede over de gevangenschap van het huwelijk en hadden een groter bereik en dus een grotere invloed dan welk feministisch literair werk uit die tijd dan ook.

In 1960 zingt Corry Brokken, “Mijn Ideaal”. De tekst spreekt voor zich.

Je komt naar huis toe elke dag

Een goede man vol zelfbeklag

En geeft een lauwe kus, uit sleur

Jij, eens mijn vurige charmeur !

Mijn Cyrano de Bergerac

Wenst dat ik flensjes voor hem bak!

Wat werd je burgerlijk banaal

Mijn ideaal, mijn ideaal

In latere liedjes blijken de vrouwelijke vertolksters van, vaak door mannen geschreven teksten, nog een stukje verder te gaan dan Corry Brokken in hun afwijzing van traditionele vormen.

“Zeur niet”, geschreven door Annie M.G. Schmidt en gezongen door Conny Stuart was een regelrechte tirade tegen het huwelijk en het huisvrouwenbestaan (1965). Luister naar dit lied, klik hier.

Als je man weer met een juffrouw op de pier zit

Als de echtelijke liefde je tot hier zit

———

Trap om je heen.

Wees nooit een dame.

En gooi het theeservies

Dwars door de ramen

Maar zeur niet zeur niet, zeur niet

In 1969, gooide Conny van den Bosch de knuppel definitief in het hoenderhok met het woedende en triomfantelijk gezongen liedje “Ik ben gelukkig zonder jou”.

Het is nu eindelijk een feit

Ik ben je kwijt, ik ben je kwijt

Je knoeit de as van je sigaar

Nu voortaan verder maar bij haar

Ook al behoorde deze liedjes tot de populaire cultuur, die volgens critici per definitie conservatief en ideologisch rechts is, ze leverden wel een belangrijke bijdrage aan het ontstaan van de vrouwenbewegingen volgens Maaike Meijer

Vrouwen durfden eindelijk te twijfelen aan het traditionele mannelijkheid-ideaal! 

Het vrouwelijk vreemdgaan was een nog onontgonnen terrein toen Wim Sonneveld in 1966 “Tearoom Tango” zong. Als voorbeeld het tweede couplet.

Het zal zo’n dertig jaar geleden zijn dat ik jou stil aanbad

En in deze zelfde tearoom steeds op jou te wachten zat

En wanneer je dan na uren was gekomen

Noemde ik jou de schone diva van mijn dromen

Na een jaar geheime liefde zei ik nog steeds eerbiedig U

En ik mocht je af en toe eens kussen achter het menu

Verder mocht ik niks ’t was verdomd een schijntje

Je hield me steeds met ‘n belofte aan het lijntje

Tot ik plotseling ontdekte dat…

Jij wel twintig andere tearoom lovers had

 

Je hebt me belazerd, je hebt me bedonderd

En wat men nu na al die jaren nog verwonderd

Dat ik dat nooit vergeten zal al word ik honderd

Je hebt me belazerd, je hebt me bedonderd

Het lied sloeg in als een bom,  het conservatisme kwam weer bovendrijven maar de maatschappelijke discussie over dit onderwerp was inmiddels al op gang gekomen.

Ook artiesten braken een lans door over onderwerpen te zingen die in de taboesfeer lagen, ook al werd ze dit niet altijd in dank afgenomen, het onderwerp kwam op deze manier wel in de openbaarheid zodat men er niet meer omheen kon!  

Ga terug naar het overzicht Jaren 60 en 70 

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten