(Johan) George Hofmann (29 juni 1890 – 1 december 1957) en zijn echtgenote Truus (Geertruida) Hofmann-Meijer (30 juni 1892 – 24 oktober 1973) vormde vanaf 1912 samen het Duo Hofmann.

Duo Hofmann trad eind jaren ‘20 samen op met een van hun dochters, Truus, en toen werd de naam Trio Hofmann. Later voegde ook de tweede dochter, Jeane, voegde zich bij het gezelschap en werd de naam Familie Hofmann. De liedjes van Familie Hofmann waren erg populair. Eind jaren ‘30 trouwden de dochters en trad het echtpaar Hofmann weer op als Duo Hofmann.

De solo beginjaren
George Hofmann werd geboren in Sappemeer. Hij begon, zoals velen, als amateur en werd uiteindelijk bekend als “Bariton-Comique”. Hij zong veel humoristische, maar ook serieuzere liedjes. Tegen het einde van de eerste wereldoorlog bracht hij al talloze platen uit.

George Hofmann werkte bij een drukkerij als typograaf, speelde amateurtoneel en vond het leuk om liedjes te schrijven. Eén van zijn eerste nummers was Bloemenmeisje, dat in 1918 ook op de plaat verscheen.

Het duo
Op 24 januari 1912 trad George in het huwelijk met Truus Meijer, niet lang daarna traden zij al samen op in theaters. Hun stemmen waren beiden zeer krachtig en lagen prettig in het gehoor. Een charmant en beschaafd duo, waar het publiek graag op af kwam. De vrolijke liedjes liggen nog steeds prettig in het gehoor, de wat serieuzere liedjes iets minder. De liedjes van het duo waren veel op de radio te horen.

Plaatopnamen
George nam enkele jaren solo zijn platen op, maar al snel nam hij ook met zijn echtgenote platen op. Het Duo Hofmann vulde elkaar goed aan en dat is duidelijk hoorbaar bij de plaatopnames. Er werden in deze periode ook best veel platen op de markt gebracht, waarop enerzijds het Duo Hofmann zong en aan de andere kant een lied waarop George Hofmann solo zong.

Teksten
George Hofmann zong (alleen en met het duo, trio en de familie) veel liederen die hij zelf geschreven had. Maar door de drukte gebruikten ze later ook teksten van anderen. Een vrij bekende schrijver waarvan ze teksten zongen, was Jacques van Tol.

Een bekend lied dat Hofmann zelf schreef was “Het loflied op Hollandsche vrouw”, dat, zoals de titel al vermeld een uiting van waardering voor de Nederlandse vrouwen was. Collega-zanger en tekstschrijver Kees Pruis bewerkte dit lied en maakte er zijn eigen versie op. Dat was net iets krachtiger en leuker gezongen, dan de versie van Duo Hofmann en kreeg daarom meer bekendheid.

Oorlog
De oorlogsjaren waren voor vele artiesten moeilijk, met name vanwege de Duitse censuur. Ook voor de familie Hofmann werd optreden wat lastig. George Hofmann werd ook eenmaal gearresteerd, hetgeen zijn gezondheid niet ten goede kwam. Al tijdens en ook na de oorlog wenste George Hofmann, op een enkele uitzondering na, niet meer op te treden. George Hofmann werd nog geen 70 jaar, zijn echtgenote overleefde hem meer dan 10 jaar.

Liedjes
De liedjes die ze op de plaat zetten waren meest smartlappen en levensliederen. Ze hebben maar liefs 600 liedjes op de plaat gezet. Enkele titels van liedjes zijn:
In Volendam daar staat een molen
Kom terug jongenlief
De vlieger
Momenten die je nooit vergeet
Vrouwtjes zijn mijn zwakke zijde
Makkers
Kinderliedjes
Bloemenmeisje, 1929
Het loflied op Hollandsche vrouw

Bekijk meer liedjes op onze website: