
[Refrein:]
Waarom, pappie waarom,
roept men Glück Auf bij ’t dalen
Glück Auf, jongen geeft kracht
om ’t zwarte goud te halen.
Glück Auf is weer veilig terug tot elkaar
want onder de grond
daar schuilt dikwijls gevaar
Glück Auf, jongen, Glück Auf
Dapper bent u, Glück Auf.
Zeg vader, als ik groot ben ga ik mee in de mijnen
en centjes verdienen voor mammie en jou.
Ach jongen, daar zul je nooit de zon zien schijnen
Diep onder de grond is het leven zo grauw.
[Refrein]
Glück Auf is weer veilig terug tot elkaar
want onder de grond
daar schuilt dikwijls gevaar
Glück Auf, jongen, Glück Auf
Dapper bent u, Glück Auf.