 
                 
                 
                    Gezondheid is een grote schat
 Om vergenoegd te leven.
 Ofschoon ik grote rijkdom had,
 Wat voordeel zou het geven,
 Zo ik, doorknaagd van angst en pijn,
 Mij zelve tot een last moest zijn. 
 Maar zou ik dan mijn Vaders raad
 Niet ijverig betrachten?
 En gulzigheid en overdaad
 Niet mijden en verachten?
 Die nooit genoeg heeft voor zijn mond,
 Leeft zelden vrolijk en gezond.
 
                     
                