De Marshall-hulp kwam geen dag te vroeg en had een belangrijk aandeel in de Nederlandse wederopbouw. Dit omvangrijk materiële hulpplan trad drie jaar na de Tweede Wereldoorlog in werking. Via het Amerikaanse Marshall-plan ontving Nederland ruim 1 miljard dollar aan economische steun. Deze hulp werd efficiënt gebruikt en ingezet om de productiviteit te herstellen. Toen in West-Duitsland, Nederlands belangrijkste handelspartner, zich het ‘Wirtschaftswunder’ voltrok, kon Nederland daar mede van profiteren. Nederland kon weer gaan werken aan zijn welvaart – al zou het nog minstens tien jaar duren voor de meerderheid van de bevolking écht het idee had dat het beter werd.
Het werd gaandeweg duidelijk dat Nederland zich evenmin als andere vernielde Europese landen op eigen kracht uit het moeras van armoede en gebrek kon trekken. Het politiek-economische risico van een dergelijke situatie werd in Amerika onderkend door minister van buitenlandse zaken George Catlett Marshall. Hij had in 1947 deelgenomen aan de conferentie van ministers van Buitenlandse Zaken in Moskou en hield op 5 juni van dat jaar een redevoering waarin hij het Amerikaanse volk opriep hulp aan Europa te verlenen.
De Verenigde Staten komt vooral met dit plan om de communisten de wind uit de zeilen te nemen mochten ze in hun expansiedrift het oog op het verarmde Europa laten vallen. Door president Truman werden onmiddellijk commissies ingesteld om mogelijkheden voor een dergelijk Europe Recovery Plan te onderzoeken.