 
                 
                 
                    Liefste, de nacht is als een gedicht  
Vol van mysterie en verlangen  
Diep in jouw ogen glanst ’t sterrenlicht  
Dat mij in boeien houdt gevangen  
Oud is ’t verhaal en vaak reeds verteld  
Maar ach, daar moet je niet om geven  
Laat mij als ridder, jouw sprookjesheld  
De oude romance doen herleven  
   
Schoon is Amsterdam bij nacht  
Hier een pleintje, daar een gracht  
Alles licht gehuld in ’t waas der oude romantiek  
In de helle lampenschijn  
Baadt het mooie Rembrandtsplein  
Oude poortjes dromen stil verlaten, zo rustiek  
Zwijgend staan de oude torens wakend in de nacht  
Waar hun klokken zwijgend zingen, and’re stemmen zacht  
Schoon is Amsterdam bij nacht  
Het heeft, als door een tovermacht  
Twee verliefde harten tot elkaar gebracht  
   
Liefste, ik heb veel landen aanschouwd  
‘k Reisde langs bergen en ravijnen  
‘k Trok door een eenzaam maagd’lijk woud  
Dwaalde langs zeeën en woestijnen  
‘k Was als de mot die, door licht verblind  
Steeds weer zijn vleugeltjes verschroeide  
Maar ik vond hier, in jouw stad, mijn kind  
Eind’lijk de droom die mij zo boeide
 
                     
                