Home / Liedjes / Het lied van de Nederlandse Artillerie
1256

Het lied van de Nederlandse Artillerie

Met dank aan Ingrid Ouwerkerk voor het insturen van de tekst

Wat dreunt daar op die heide?
Wat blinkt daar in ’t verschiet?
Wat dondert tussen beide,
Dat men door stof niet ziet?
Hoe flikkeren die zwaarden,
Wat forse melodie!
Hoe rennen daar die paarden,
’t Is Veldartillerie,
Hoe rennen daar die paarden,
’t Is Veldartillerie!


De kruitdamp is hun leven,
’t Kanon is hun banier!
De hoop daarvoor te sneven,
Bezielt elk kanonnier!
Zij haken naar den strijde,
Voor Vaderland en Vorst!
Voor Land en Koning beide,
Klopt steeds hun mannenborst,
Voor Land en Koning beide,
Klopt steeds hun mannenborst!


Van ’t paard naar ’t stuk gevlogen,
Dra dondert reeds het schot!
Weer vlug vooruit getogen,
Vernielt hij ’s vijands rot.
Rent d’ overmacht hem tegen,
Manmoedig staat hij pal,
Koopt door zijn dood de zege,
En juicht nog in zijn val,
Koopt door zijn dood de zege,
En juicht nog in zijn val!


Maar ook in tijd van vrede,
Blinkt steeds de kanonnier!
En meisjes schoon van leden,
Zijn op zijn liefde fier.
Waar moed zit, heerst ook trouwe,
Met kracht nooit uitgeblust!
Daarom de schoonste vrouwen,
Heeft hij naar hartelust,
Daarom de schoonste vrouwen,
Heeft hij naar hartelust!


Hoera dus voor ons Wapen,
Lang leev’ de kanonnier!
Lang leev’ die forse knapen,
Des legers schoonste sier!
Hun leus zij: steeds te strijden,
Werwaarts ook d’eer hen zendt,
Voor Land en Koning beide,
Tot roem van ’t Regiment,
Voor Land en Koning beide,
Tot roem van ’t Regiment!

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten