Bolle Dries die voer al jaren, op een vrachtboot als kaptein.
Varen was zijn lust en leven, altijd ergens anders zijn.
En wanneer die passagierde, in de een of andere stad.
Was zijn allereerste boodschap(allen)dat ie wat te vrijen had.
Refrein:
Meiden hou je rokken vast, anders krijg je strakkies last.
Van dat kietelende kietelkapiteintje.
Ga niet met die linkerd mee, naar dat stiekeme café.
Om te koekeloeren achter het gordijntje (vertragen).
Overal had t’ie een liefje, in de West en in de Oost.
Bruine, blanke, zwarte, gele, overal werd t’ie getroost.
Alle havens van de wereld, had t’ ie zowat aan gedaan.
Heel wat zwartjes en wat bruintjes (allen)spraken hem met pappie aan.
Refrein:
Als t’ie kwam op Soerabaja, pikte hij een baboe op. .
In Japan vond t’ie een Geisha, met een lieve poppenkop.
In Marokko weer een zwartje, als ‘ie bij de negers kwam.
Maar z’n liefste blanke blondje, (allen) vondt’ie hier in Rotterdam.
Refrein:
Dansen kon ie als een joffer, lachen als een baviaan.
Drinken als een oude walvis, vrijen als een jonge haan.
Altijd was ‘ie,in z’n nopjes, zingen kon ‘ie heel de nacht.
Maar hij raakte buiten westen, (allen) als ‘ie baaien rokken zag.
Refrein:
Als t’ie dood is en vergeten, komt er op zijn steen te staan.
Hier ligt Bolle Dries begraven, meisjes denk er nog eens aan.
Denk dan nog eens aan die dagen, die zo lang geleden zijn.
Hoe of jullie altijd zongen, (allen) van die kietelkapitein.
Refrein:
Refrein: (meeklappen)
(Intro muziek: Om te koekeloeren achter het gordijntje) door accordeon
(zang 1 gitaar zachtjes meespelen)
Bolle Dries
Bolle Dries die voer al jaren, op een vrachtboot als kaptein.
Varen was zijn lust en leven, altijd ergens anders zijn.
En wanneer die passagierde, in de een of andere stad.
Was zijn allereerste boodschap(allen)dat ie wat te vrijen had.
Refrein:
Meiden hou je rokken vast, anders krijg je strakkies last.
Van dat kietelende kietelkapiteintje.
Ga niet met die linkerd mee, naar dat stiekeme café.
Om te koekeloeren achter het gordijntje (vertragen).
Overal had t’ie een liefje, in de West en in de Oost.
Bruine, blanke, zwarte, gele, overal werd t’ie getroost.
Alle havens van de wereld, had t’ ie zowat aan gedaan.
Heel wat zwartjes en wat bruintjes (allen)spraken hem met pappie aan.
Refrein:
Als t’ie kwam op Soerabaja, pikte hij een baboe op. .
In Japan vond t’ie een Geisha, met een lieve poppenkop.
In Marokko weer een zwartje, als ‘ie bij de negers kwam.
Maar z’n liefste blanke blondje, (allen) vondt’ie hier in Rotterdam.
Refrein:
Dansen kon ie als een joffer, lachen als een baviaan.
Drinken als een oude walvis, vrijen als een jonge haan.
Altijd was ‘ie,in z’n nopjes, zingen kon ‘ie heel de nacht.
Maar hij raakte buiten westen, (allen) als ‘ie baaien rokken zag.
Refrein:
Als t’ie dood is en vergeten, komt er op zijn steen te staan.
Hier ligt Bolle Dries begraven, meisjes denk er nog eens aan.
Denk dan nog eens aan die dagen, die zo lang geleden zijn.
Hoe of jullie altijd zongen, (allen) van die kietelkapitein.
Refrein:
Refrein: (meeklappen)
(Intro muziek: Om te koekeloeren achter het gordijntje) door accordeon
(zang 1 gitaar zachtjes meespelen)
Geachte
het gaat niet over DOLLE dries maar BOLLE DRIES.
In de bijlage de tekst.