het was bij een huisje van Hans en Grietje
speelde een kindje heel alleen
haar heldere stem zong lenteliedjes
duizenden vlindertjes om haar heen.
Ja dat is al wat is gebleven deze herinnering aan het bos…
Hoe gaat dit verder?
Ik woon al 42 jaar in Noorwegen en kende uit mijn jeugd dit “Lentelied” gezongen door het orkest zonder naam (en de zangeressen waren meen ik Jenny Roda en Annie de Reuver). Groot was mijn verrassing toen ik ditzelfde liedje hier in Noorwegen hoorde en wel in het Noors gezongen. De tekst en muziek zijn door Noren geschreven. Tekst is van Arne Paasche Åsen en muziek van Kurt Foss en reidar Bøe– een heel bekend zangduo uit de jaren vijftig. Daar hoort nog een Bekend Nederlands liedje bij uit diezelfde tijd , dat als volgt begint: “Aan d´oever van de Ijssel staat een veerhuis—“. Ook dat heeft dezelfde Noorse oorsprong– dezelfde Noorse namen zijn daar aan verbonden.
Het is een herinnering zoals zo velen
Maar deze ene laat mij niet los
Wanner in het voorjaar de vlinders spelen
Dan denk ik weer aan die dag in het bos
Daar bij een huis als van hans en grietje
Zag ik een kind zitten heel alleen
Haar kleine stem zong een lenteliedje
Voor duizend vlindertjes om haar heen
En duizend vogels zijn toen gekomen
En zongen vrolijk hun liedje voort
Het schalde juichend door duizend bomen
En heel de wereld heeft dat gehoord
En overal is men blijven luisteren
Een moment was het rumoer verstomd
Want zelfs de mensheid moet even fluisteren
Als voor het eerst iets van het voorjaar komt
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen
Daar in dat woud op die zonnedag
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen
Uit blijde ogen een lichte lach
En dat is al wat mij is gebleven
Die lichte lach als een snelle groet
Maar ik heb nog nooit van mijn hele leven
De lente zo van dichtbij ontmoet
Lentekind
t is een herinnering zoals zo velen ,maar deze ene laat mij niet los, wanneer in t voorjaar de vlinders spelen, dan denk ik weer aan dat kind in her bos
daar bij een huis als van hans en grietje, zag ik n kind zitten heel alleen, en haar stem zong een lenteliedje met 1000 vlindertjes om haar heen.
en 1000 vogels zijn toen gekomen, en zongen vrolijk haar liedje voort, het schalde juichend door alle bomen, en heel de wereld heeft dat gehoord,
en overal is men blijven luisteren, n moment was t rumoer verstomd, want zelfs de mensheid moet even fluisteren, als voor t eerst iets van t voorjaar komt.
maar ik alleen heb dat kind zien zingen, daar in dat woud op die zonnedag ik zag haar aan en mijn ogen vingen, uit blijde ogen n lieve lach.
en dat is al wat mij is gebleven, die lichte lach als een snelle groet, maar ik heb nooit van mijn hele leven, de lente zo van dichtbij ontmoet
Dit liedje zong in de 50 jaren “het orkest zonder naam”, misschien kan u het horen op YouTube?
Het 3 en 4 couplet word voorgedragen,
1-2 5- 6 wordt gezongen
mvg
Lentekind
’t Is een herinnering zoals zo vele
Maar deze ene laat mij niet los
wanneer in ’t voorjaar de vlinders spelen
dan denk ik weer aan die dag in ’t bos
daar bij een huis als van Hans en Grietje
zag ik een kind zitten heel alleen
Haar kleine stem zong een lenteliedje
voor duizend vlindertjes om haar heen
de duizend vogels zijn toen gekomen
en zongen vrolijk haar liedjes voort
Het schalde juichend door duizend bomen
En heel de wereld heeft dat gehoord
En overal bleef men even luist’ren
En een moment was ’t rumoer verstomd
want zelfs de mensheid moest even fluist’ren
Wanneer voor ’t eerst iets van;t voorjaar komt
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen
daar in dat woud op die zonnige dag
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen
een blijde ogen en een lichte lach
En dat is al wat mij is gebleven
Die lichte lach als een snelle groet
Maar ik heb nog nooit in mijn hele leven
de lente zo van dichtbij ontmoet
Dit liedje is van Robert Long en het heet Lente kind.
Het is een herinnering zo als zovele,
Maar deze ene laat mij niet los.
Wanneer in ’t voorjaar de vlinders spelen,
Dan denk ik weer aan die dag in ’t bos.
Daar bij een huisje van Hans en Grietje,
Zag ik een kind zitten heel alleen.
Haar zachte stem zong een lenteliedje,
Voor duizend vlindertjes om haar heen.
En duizend vogels zijn toen gekomen,
En zongen vrolijk haar liedje voort.
Het schalde juichend door alle bomen,
En heel de wereld heeft dat gehoord.
En overal bleef men even luist’ren,
En een moment was ’t rumoer verstomd.
Want zelfs de mensheid moet even fluist’ren
Wanneer voor ’t eerst iets van ’t voorjaar komt.
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen,
daar in het woud op die zonnedag.
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen,
Uit blijde ogen een lichte lach.
En dat is al wat mij is gebleven,
Die lichte lach als een snelle groet.
Maar ik heb nooit van mijn hele leven,
De lente zo van dichtbij ontmoet
Gerelateerd:
Lente Wat een geluk – ‘t wordt lente en de dagen gaan weer…
Lieve lente Lieve lente, schenk uw zegen Vriend'lijk voorjaar, kom o kom! Strooi uw…
Lente opwellingen Zachte wind breng mij de zoete geuren van de lente in mijn…
wat ontzettend leuk en fijn al deze reacties, heel hartelijk bedankt, allemaal
met hartelijke groet,
Ik woon al 42 jaar in Noorwegen en kende uit mijn jeugd dit “Lentelied” gezongen door het orkest zonder naam (en de zangeressen waren meen ik Jenny Roda en Annie de Reuver). Groot was mijn verrassing toen ik ditzelfde liedje hier in Noorwegen hoorde en wel in het Noors gezongen. De tekst en muziek zijn door Noren geschreven. Tekst is van Arne Paasche Åsen en muziek van Kurt Foss en reidar Bøe– een heel bekend zangduo uit de jaren vijftig. Daar hoort nog een Bekend Nederlands liedje bij uit diezelfde tijd , dat als volgt begint: “Aan d´oever van de Ijssel staat een veerhuis—“. Ook dat heeft dezelfde Noorse oorsprong– dezelfde Noorse namen zijn daar aan verbonden.
Dag Miep een lief lenteliedje
Lentelied
Het is een herinnering zoals zo velen
Maar deze ene laat mij niet los
Wanner in het voorjaar de vlinders spelen
Dan denk ik weer aan die dag in het bos
Daar bij een huis als van hans en grietje
Zag ik een kind zitten heel alleen
Haar kleine stem zong een lenteliedje
Voor duizend vlindertjes om haar heen
En duizend vogels zijn toen gekomen
En zongen vrolijk hun liedje voort
Het schalde juichend door duizend bomen
En heel de wereld heeft dat gehoord
En overal is men blijven luisteren
Een moment was het rumoer verstomd
Want zelfs de mensheid moet even fluisteren
Als voor het eerst iets van het voorjaar komt
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen
Daar in dat woud op die zonnedag
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen
Uit blijde ogen een lichte lach
En dat is al wat mij is gebleven
Die lichte lach als een snelle groet
Maar ik heb nog nooit van mijn hele leven
De lente zo van dichtbij ontmoet
Orkest zonder naam
Lentekind
t is een herinnering zoals zo velen ,maar deze ene laat mij niet los, wanneer in t voorjaar de vlinders spelen, dan denk ik weer aan dat kind in her bos
daar bij een huis als van hans en grietje, zag ik n kind zitten heel alleen, en haar stem zong een lenteliedje met 1000 vlindertjes om haar heen.
en 1000 vogels zijn toen gekomen, en zongen vrolijk haar liedje voort, het schalde juichend door alle bomen, en heel de wereld heeft dat gehoord,
en overal is men blijven luisteren, n moment was t rumoer verstomd, want zelfs de mensheid moet even fluisteren, als voor t eerst iets van t voorjaar komt.
maar ik alleen heb dat kind zien zingen, daar in dat woud op die zonnedag ik zag haar aan en mijn ogen vingen, uit blijde ogen n lieve lach.
en dat is al wat mij is gebleven, die lichte lach als een snelle groet, maar ik heb nooit van mijn hele leven, de lente zo van dichtbij ontmoet
Dit liedje zong in de 50 jaren “het orkest zonder naam”, misschien kan u het horen op YouTube?
Het 3 en 4 couplet word voorgedragen,
1-2 5- 6 wordt gezongen
mvg
Lentekind
’t Is een herinnering zoals zo vele
Maar deze ene laat mij niet los
wanneer in ’t voorjaar de vlinders spelen
dan denk ik weer aan die dag in ’t bos
daar bij een huis als van Hans en Grietje
zag ik een kind zitten heel alleen
Haar kleine stem zong een lenteliedje
voor duizend vlindertjes om haar heen
de duizend vogels zijn toen gekomen
en zongen vrolijk haar liedjes voort
Het schalde juichend door duizend bomen
En heel de wereld heeft dat gehoord
En overal bleef men even luist’ren
En een moment was ’t rumoer verstomd
want zelfs de mensheid moest even fluist’ren
Wanneer voor ’t eerst iets van;t voorjaar komt
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen
daar in dat woud op die zonnige dag
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen
een blijde ogen en een lichte lach
En dat is al wat mij is gebleven
Die lichte lach als een snelle groet
Maar ik heb nog nooit in mijn hele leven
de lente zo van dichtbij ontmoet
Dit liedje is van Robert Long en het heet Lente kind.
Het is een herinnering zo als zovele,
Maar deze ene laat mij niet los.
Wanneer in ’t voorjaar de vlinders spelen,
Dan denk ik weer aan die dag in ’t bos.
Daar bij een huisje van Hans en Grietje,
Zag ik een kind zitten heel alleen.
Haar zachte stem zong een lenteliedje,
Voor duizend vlindertjes om haar heen.
En duizend vogels zijn toen gekomen,
En zongen vrolijk haar liedje voort.
Het schalde juichend door alle bomen,
En heel de wereld heeft dat gehoord.
En overal bleef men even luist’ren,
En een moment was ’t rumoer verstomd.
Want zelfs de mensheid moet even fluist’ren
Wanneer voor ’t eerst iets van ’t voorjaar komt.
Maar ik alleen heb dat kind zien zingen,
daar in het woud op die zonnedag.
Ik zag haar aan en mijn ogen vingen,
Uit blijde ogen een lichte lach.
En dat is al wat mij is gebleven,
Die lichte lach als een snelle groet.
Maar ik heb nooit van mijn hele leven,
De lente zo van dichtbij ontmoet