Wie autoles gaat nemen,
die leert de eerste keer,
dat ‘ie vooral moet wezen
Heer in ’t verkeer.
Na twintig lessen – ho maar! –
Vergeet’ie dat al weer,
Maar heus, je wordt niet zomaar
Heer in ’t verkeer.
Handles, knoppen, rijen, stoppen,
zegt de instructeur je.
Tegen ’n fietsie. Halt! Politie!
Vrindje, ik bekeur je.
Wat helpen dan je klachten.
Al was’t de eerste keer.
Je was slechts in gedachten
Heer in ’t verkeer.
Je koopt een tweede-handsie
Maar dan zegt die meneer:
Ik geef je geen garantie,
Heer in ’t verkeer.
Geen spatje chroom of nikkel,
Wat gaat dat ding tekeer.
Je voelt j’in zo’n vehikel
Heer in ’t verkeer.
Alles weigert als’ie steigert
over hobbelkeien!
Als de krukas maar niet stuk was
zou’ie beter rijen.
Je remmen zijn versleten
en je toeter werkt niet meer
Maar toch blijf je verbeten
Heer in ’t verkeer.
Je tank, daar zit een lek in,
je slingert heen en weer.
Daar reed je haast een hek in,
Heer in ’t verkeer.
Het is haast niet te harden,
hij rammelt meer en meer.
Dan springt een band aan flarden,
Heer in ’t verkeer.
Tegen ’n winkel, glasgerinkel ,
in de etalage.
Twee agenten, dat kost centen.
O, wat een ravage.
Wanneer je bont en blauw ziet
besef je eens te meer:
Een mens wordt heus zo gauw niet
Heer in ’t verkeer.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.