Home / Liedjes / Keetje

Keetje

(August de Laat)
Met dank aan Marc Blokland (†) voor het insturen van de tekst

Dames heren ‘k min een meisje ze heet KEE
Zo een tweede vind je niet oh nee
Een prachtig ogenpaar, altijd van zessen klaar
Pas op het is een meid als een huzaar
Ze is pas één en veertig jaren oud
Daarbij oh zo vriendelijk gebouwd
Ik zing van vroeg tot laat, in huis en op de straat
Met de grootste gein dit leuk refrein:

Refrein:
Keetje mollige Keetje
Keetje, Keetje ja ik heb je toch zo lief
Wordt mijn vrouwtje, schatteboutje
Keetje, Keetje want je bent mijn hartedief

Keetje heeft een neusje gloeiend rood
Daarbij heeft ze nog een houten poot
Haar ogen kijken scheel, een rug als een kameel
Haar armen zijn zo lang als een bezemsteel
Buste heeft ze ja ’t is wonderbaar
’t Zijn wat oude zakken bij elkaar
Als ik met haar wandelen ga,kijk iedereen haar na
En vol vreugde zing ik dan weldra:

Refrein

Keetjes haren zijn rood van kleur
Haar stem klinkt als een verroeste kelderdeur
Haar éne been is krom, maar daar maal ik niet om
Zij is als een ezelin zo dom
Eerdaags ga ik trouwen met mijn Kee
Heel de familie die gaat dan met ons mee
En zitten wij dan ’s avonds aan de brandewijn
Zing ik weer vol vreugde dit refrein:

Refrein:
Keetje, mollige Keetje
Keetje, Keetje oh ik heb je toch zo lief
Nu ben je mijn vrouwtje, schatteboutje
Voor altijd ben je toch mijn hartedief

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten