He ja, zoek de zon op, dames en heren  
Zoek de zon op  
   
Lala lalalalala lalala  
   
Als ’t zonnetje weer schijnt  
En de kou loopt op z’n eind  
Krijg je ’t heerlijke gevoel alsof de crisis zo verdwijnt  
Alles trekt naar bos en zee  
Want daar is ’t weer oke  
En de mensen, dieren, bloemen, planten, alle juichen mee  
   
Zoek de zon op, dat is wel fijn  
Want een beetje zonneschijn, dat moet er zijn  
’t Staat wel aardig, zo’n mahoniehouten huid  
Maar als je boter op je hoofd heb, blijf er dan maar liever uit  
Wil je niet opstaan, blijf je maar liggen  
Moet je maar weten wat er van komt  
Ja, ja, ja  
   
Lala lalalalala lalala  
He, die heerlijke zon  
   
Ik ken mensen, rijp en groen  
Die zijn arm met een miljoen  
Die niet weten wat ze met de gouwe tientjes moeten doen  
Als ze klagen aan m’n kop  
‘ ‘k Maak geen rente, ‘k heb een strop’  
Geef ik ze als enig antwoord  
Met de boodschap: hoepel op  
   
Zoek de zon op, dat is wel fijn  
Want een beetje zonneschijn, dat moet er zijn  
’t Staat wel aardig, zo’n mahoniehouten huid  
Maar als je boter op je hoofd heb, blijf er dan maar liever uit  
Ja, ja, ja  
   
Lala lalalalala lalala  
He, die heerlijke zon  
   
‘k Heb een allerbeste vrind  
Die de zon innig bemint  
Maar zich opwindt als een kind, als je de zon niet prachtig vindt  
Schaduw, brengt ‘m van de wijs  
Zon, zegt ‘ie, tot elke prijs  
Daarom zingt ‘ie in ’t gasthuis, met z’n hoofd tussen ’t ijs  
   
Zoek de zon op, dat is wel fijn  
Want een beetje zonneschijn, dat moet er zijn  
’t Staat wel aardig, zo’n mahoniehouten huid  
   
Zoek de zon op, ja  
Zoek de zon op