Home / Gedichten / Omnia Vanitas

Omnia Vanitas

Met dank aan Herman Poelsma voor het insturen van de tekst


Ik wandel door de dode stad
Door lanen van herinnering
Wit in de zon
loopt het schelpenpad
naar een oneindige verte
Op een tombe
een enkele roos
fel afstekend tegen het zwart
van het koude marmer
als blijk van mededogen
Een hand wijst omhoog
als een laatste bede
verstard in haar beweging
In groene hagen verscholen
zingen de merels
Verweerde inscripties
verbergen liefde en leed
armoede en sterf’lijkheid
Het heden is onderweg
Er is geen keus
Praalgraven en grafkelders
tonen een rijk verleden
Soms staan er wachters naast
Zwijgend in de stilte
Op uitkijk naar hereniging
Monumenten onafzienbaar
wedijveren in schoonheid met elkaar
In hun schaduw verloren
ligt een eenzaam graf
van een vergeten soldaat
Opgegaan in nevels
achter de zon
Apartheid in de dood
Alles is ijdelheid.