
Zijn strak getrimde groen gazon
Is vrij van kruid en vreemde kleur
Geen Madelief verspreidt er geur
’t Is maagdelijker dan een non
Maar gister in de morgenstond
“Hij zou net aan het sproeien gaan
De tuinslang hing al aan de kraan”
Lag daar die hoop met zwarte grond
En dat werd niet getolereerd
Dus zette hij een mollentang
In ’t midden van de mollengang
Toen ging er iets compleet verkeerd
De klapveer stond een flut te ruim
Een droge knal…daar ging z’n duim