
’t Was afgelopen zondag van dat stralend mooie weer
 Zo’n late zomerdag die er om vraagt nog eens een keer
 Getweeën net als vroeger naar de dierentuin te gaan 
 Mijn lieve mens wat ik daar zag, ik heb versteld gestaan.
 Een ietwat ouwe grijze maar beluste chimpansee
 Cadeaude een jong wijfje minzaam een banaan of twee
 Waardoor zij werd verleid met hem iets aardigs te gaan doen
 Wat leuker was dan vlooien of een droge apenzoen
 Zelfs ’s avonds dacht ik er nog aan in ’t echtelijke bed
 En zei mijn man “Die chimpansees, wat hadden ze een pret
 Het lijkt me wel een aangenaam en creatief idee 
 Als wij net als die apen weer eens vreeën met z’n twee
 Maar hij zei bruut “Toe Miena, hou nou eventjes je kop
 ‘k Barst van de slaap en bovendien zijn mijn bananen op”