Home / Gedichten / De vreemdeling

De vreemdeling

(H. Marsman 1899-1940)
Met dank aan Jeanne Albers voor het insturen van de tekst

Laat mij alleen.
Dit is de tweesprong onzer wegen.
Gij hebt mij tot den versten rand geleid.

Maar keer hier om, ween niet.
Gij kunt den laatsten tocht naast mij niet schrijden,
noch ik met u, gij gaat hem eens alleen.

Gij zijt mij nochtans onverdeeld verpand;
Ik heb uw bloed den donkren kus gegeven
van hen, die boven dood en leven
ontstegen zijn. Ik ben hun afgezant.

Ik beid uw komst.

Wij zullen eens den zwarten wijn
van dood en donker uit één beker drinken,
wij zullen stromend in elkaar verzinken
en eeuwig zijn.

Vaarwel.
Ik keer niet weer.
Maar gij komt zelve, later;
Vaarwel, het water roept voor de derde keer.