Het Kind:
He, moeder, als ge mij zoo kust
En aan uw borst mijn hoofdje rust,
Dan is het, of ik met mijn oor
Daar ieder keer wat tikken hoor,
Net als ons kleine klokje doet;-
‘k Hoor ’t nu weer duidelijk en goed:
Tik tak, tik tak!
De Moeder:
Daar binnen tikt mijn hart, mijn kind!
Soms klopt dat langzaam, soms gezwind. –
Als ik de wond’ren Gods aanschouw,
Den glans der zon, des hemels blauw,
De sterren in een held’ren nacht,
Dan slaat het rustig, stil en zacht:
Tik tak, tik tak!
Maar kind, mijn allerliefste schat!
Als ik jou zoo in de armen vat
En in de zacht blauwe oogen kijk,
Dan zie ik als in ’t hemelrijk;
Dan wordt mij alles licht en hel,
En klop mij ’t harte luid en snel:
Tik tak, tik tak!
En nu, kijk me aan eens, zooals ’t hoort,
En luister goed naar moeders woord:
»Zoo lang mij de oogen open staan,
Zoo lang dit hart in mij blijft slaan,
Nu langzaam eens en dan gezwind,
Zoo lang klopt het voor U, mijn kind!
Tik tak, tik tak!
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.