Januari is de eerste,
hij rijdt in het groen voorop.
Hij is dan ook heel belangrijk…
het begin van het jaar, op kop.
Februari komt daarachter,
hij duurt maar een korte tijd.
Er zijn maar achtentwintig dagen,
maar daarvan heb ik echt geen spijt.
Maart is een beetje wispelturig.
Hij roert zijn staart, als een wild beest.
Soms vallen er weer dikke vlokken,
dan weer is het lentefeest.
April is ook best eigenwijs, hoor.
Hij doet gewoon maar wat hij wil.
Soms is het koud en dan weer warm.
Ja, dat is een groot verschil.
Mei, dat is een vrolijk treintje,
vaak schijnt de lentezon, vol licht.
Er komen bloemen, vogels, dieren.
Een kunstenaar schrijft een gedicht.
Juni heeft een mooi karakter,
zo in het midden van de rij.
Maar het is nog niet ten einde…
nog zes wagens komen voorbij.
Juli, dat is wagen zeven…
Mensen rijden met hem mee,
naar het bos of naar de camping,
naar de bergen of de zee.
Augustus wordt een beetje bruinig.
Het wordt al kouder in het jaar.
De mensen doen hun jas weer aan
en zetten mutsen op hun haar.
September is al wat bedaarder.
Hij hoeft zo snel niet meer te gaan.
Het wordt al wat vroeger donker
en we doen de kachel aan.
Oktober sjokt er achteraan.
De trein is haast op het perron.
Nog twee wagentjes gaan komen
en dan is hij op het station
November kraakt in al zijn voegen
Hij zwalkt en puft als een oude man
die al bijna tachtig jaar is
en dus niet zo vlug meer kan.
December is de allerlaatste.
Hij hangt altijd achteraan.
Als je hem voorbij ziet komen…
is het met het jaar gedaan
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.