In ’t verre Transvaal, Zuid-Afrikaans land
is een bloedige strijd voor die vrijheid aan brand
Voor ’t redeloos zoeken, het heilige plek
ben ik veel liever dood, als een Engelse knecht
Ook jeugdige knapen, die melden zich aan
om mee met die dapperen ter strijden te gaan
‘t Zijn altemaal jongens van ’t echt boerenbloed
met vonkelende ogen, heldhaftige moed
Ach vader ik smeek ’t U, vervul toch mijn wens:
neem mij mee naar ’t leger, neem mij mee naar de grens
Gij leerdet mij schieten en richten ’t geweer
Gij leerdet mij kennen mijn trots mijn eer
Ach Pieter gij zijt nauwelijks dertien jaar
Uw moeder die vreest voor haar lievelings gevaar
Wie zal haar beschermen, als ze thuis blijft alleen?
Uw broeders zijn allen, naar ’t slagveld al heen
Ach vader niet meegaan, is voor mij een kruis
Zus Antje blijft immers bij moeder te huis
Gij weet hoe zij zucht, van smart en verdriet
als gij thuis blijft weren de zwarten zich niet
In de ogen van vader, daar fonkelt een traan
haal aanstonds uw paardje en laat ons dan gaan
Zeg moeder en zusje en allen vaarwel
Het afscheid moet kalm zijn, kloekmoedig en snel
Reeds lag onze Pieter in moedersliefs arm
Zij geeft hem een afscheidskus teder en warm
Zus Antje die steekt hem, een veer op zijn hoed
en zegt lieve Pieter en mik nu maar goed
Het was op een eiland, op een schemerige dag
daar woede een hevige bloedige slag
Wel vierduizend Britten, bestormden het strand
een handje vol boeren, die hielden daar stand
De strijd is gedaan op ‘t bloedige veld
daar lag menig Brits en ook boerenheld
Een Engels kapitein die de ronde daar doet
zoekt of hij niet een zijner vrienden ontmoet
Wat zag men daar ginds in die golvenschaar?
Een man met een sneeuwwitte baard en ook haar
Een reus van gestalte, een echte Germaan
Een held die zo menig geslacht heeft doorstaan
Zijn borst is doorstoken en hij ademt zwaar
Zijn oog dat dwaalt zoekend, nu hier dan weer daar
Terwijl dan de vreemdeling, zich over hem buigt
spreekt hij zuchtend een woord, dat ziel en hart doortijgt
Met mij is ’t gedaan, ’t is geen hulp die ik vraag
Ik sterf voor de vrijheid en dat doe ik graag
Maar er is nog een kind, dat strijd als een man
ach breng het eens hier indien het nog kan
Een klein eindje verder, lag Pieter reeds dood
met vader getroffen door ’t moordende lood
In zijn arm het geweer, zijn trots en zijn eer
maar in zijn patroontas, geen kogeltje meer
Hij neemt Pieter op, zo koud en zo bleek
zodat hem het harte, van smart haast doorbreekt
En naast hem daar lag, de sierlijke hoed
de veer van zus Antje, bevlekt met zijn bloed
Nu Pieter gij wildet, van mij niet af
nu rusten wij samen, in ‘t zelfde graf
En zolang als God, en de wereld bestaat
zal Hij zeker zegenen, zijn Transvaalse staat
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.