
Terschelling het eiland met duinen en weiland,
met vogels en bloemen en bosch,
met sloten en plassen en velerlei grassen,
met halmen en heide en mos,
met prachtige wegen, ze lachen u tegen
wanneer gij dit plekje betreed.
Wat kunt gij daar dwalen, uw zenuwen stalen.
Een oord dat gij nimmer vergeet.
[Refrein:]
Geniet van de schoonheid op Schellingerland.
Geniet van het baden aan ’t strand.
Wat rolt daar de branding steeds rusteloos voort
en hen die het kunnen tot zwemmen aanspoort.
Zoo lekker te zonnen in ’t warme zand,
waar `t Schellinger zonnetje brand.
Wien zou er nu voor naar ’t buitenland gaan,
Terschelling staat zeker vooraan!