Nostalgie



 

Shirley MacLaine

(klik op de afbeeldingen om ze te vergroten)

       

Shirley MacLaine werd als Shirley MacLean Beaty op 24 april 1934 geboren in Richmond (Virginia). Met haar voornaam werd ze vernoemd naar Shirley Temple. Haar vader was Ira Owen Beaty en haar moeder Kathrine Corinne Maclean, beide onderwijzers. Op 30 maart 1937 werd haar broer Warren geboren. Die zou later ook uitgroeien tot acteur en regisseur. Hij had zijn naam toen veranderd in Warren Beatty.

Shirley en Warren op jonge leeftijd

Shirley en Warren op oudere leeftijd

Toen ze nog klein was verhuisde de familie enkele malen om zich uiteindelijk te vestigen in Waverly (Virgina). Shirley wilde heel graag danseres worden. Toen ze twee jaar was werd ze door haar moeder al op balletschool gedaan. Toen ze vier was had ze haar eerste publieke optreden en acht jaar later danste ze al als professional. Tijdens de balletuitvoeringen speelde ze vrijwel altijd een jongensrol omdat ze de grootste van haar klas was.

Haar wil om te dansen was zo groot dat, toen ze bij de warming up voor de voorstelling van “Cinderella” haar enkel brak, ze het vertikte om het op te geven. Ze zwachtelde haar voet in en ging gewoon het toneel op. Pas na afloop werd een ambulance opgeroepen.

Maar uiteindelijk werden de ontberingen van het ballet haar teveel om er mee door te gaan en ze verlegde haar aandacht richting acteren. In 1950, de zomer voor haar eindexamen van de Middelbare School, vertrok ze naar New York om daar auditie te doen voor musicals. Ze kreeg een rol in het koor van de heropvoering van “Oklahoma !”. Daarna ging ze weer terug naar huis om haar Middelbare School af te maken. Maar na haar eindexamen keerde ze weer terug naar New York om haar geluk te beproeven.

Toen ze auditie deed voor “Me and Juliet” bleef de producer haar naam verkeerd uitspreken. Daarom besloot ze om haar naam te veranderen van Shirley MacLean Beaty in Shirley Maclaine.

Onder die naam werkte ze ook als model, terwijl ze intussen audities bleef doen voor musicals. Uiteindelijk werd ze aangenomen als stand in van Carol Haney in de Broadway productie “The Pajama Game”.

In 1952 brak Shirley door op een typische showbizz manier. Carol Haney stond erom bekend dat ze nooit een voorstelling miste. Maar dit keer brak ze haar enkel net voordat het doek op ging. Shirley moest haar nu vervangen. Haar debuut was moeizaam, maar ze hield stand. Drie maanden later moest Haney weer verstek laten gaan en Shirley, die haar rol nu beter onder de knie had, moest weer voor haar invallen. Het toeval wilde dat dit keer regisseur en producer Hal B. Wallis in de zaal zat. Hij was zeer onder de indruk van haar tomeloze energie en liet haar een vijfjarig contract tekenen bij Warner Brothers.

Haar debuutfilm bij Warner Brothers was “The Trouble with Harry” (1955) onder regie van niemand minder dan de legendarisch Alfred Hitchcock. Hoewel het niet een van de grootste succesfilms van Hitchcock was zorgde deze zwarte komedie ervoor dat Shirley’s naam als filmster gevestigd werd als zijnde sprankelend, oneerbiedig en zonder twijfel ook charmant.

Al snel wisselde ze lichtvoetige films, zoals  “Artists and Models” (1955) en “Around the World in Eighty Days” (1956), af met meer dramatische rollen. Daarmee bewees ze dat ze een van de meest veelzijdige actrices was uit die tijd. Een voorbeeld van een dramatische rol was haar optreden in “Some Came Running” (1960), waarin ze indruk maakte als een dorpsmeisje dat haar slechte reputatie overwint in een poging de ware liefde te vinden. Met Frank Sinatra in de rol van cynische oorlogsveteraan. Zowel de critici als het publiek reageerden positief op deze verandering. Ze verdiende met deze rol een nominatie voor een Oscar en een Golden Globe. Door haar rol in de film, waarin ook Dean Martin speelde, werd ze een onofficieel lid, sommige zeggen de enige vrouwelijk mascotte, van Frank Sinatra’s “Rat Pack” (de bijnaam voor een groep artiesten rond Sinatra in de jaren vijftig). De band werd verder verstevigd door haar (op de aftiteling onvermelde) gastoptreden als aangeschoten vrouw in de legendarische “misdaadfilm” van Rat Pack, “Ocean’s Eleven” (1960).

Ook begin jaren zestig trad ze afwisselend op in filmdrama’s, lichte filmkomedies en  daarnaast ook in musicals in het theater. Een van haar beste rollen uit die tijd was die van kwetsbare, jonge liftbediende, die de loonadministrateur Jack Lemmon verleidt in “The Apartment” (1960), onder regie van Billy Wilder. Voor deze rol ontving ze weer een Oscar nominatie. Een variant op deze rol speelde ze in “Two for the Seesaw” (Twee op de wip, 1962) met Robert Mitchum, “The Yellow Rolls-Royce” (1964) als vrouw van de gangster George C. Scott en “What a Way to Go” (1964), als de schijnbaar ‘vervloekte’ weduwe van onder andere Dean Martin, Dick Van Dyke, Paul Newman en Robert Mitchum. Onder regie van Wilders speelde ze weer tegenover Jack Lemon als een Franse prostitué in “Irma La Douce” (1963), een rol die haar een derde Oscar nominatie bezorgde en een tweede Golden Globe.

Maar midden jaren zestig leek haar carrière in een impasse te zitten. Muzikale films waren niet meer zo populair. Het management van de studio’s leek maar weinig idee te hebben over hoe ze Shirley moesten casten, behalve dan in een ongebruikelijke rol voor haar als romantische hoofdrolspeelster in onbeduidende films zoals “Gambit” (1966) en “Woman Times Seven” (1967). In de laatste film liet regisseur Vittorio de Sica haar zeven verschillende rollen spelen.

Ze ontving nog wel Golden Globe nominaties voor haar werk, maar de films waarin ze speelde hadden niet meer de kwaliteit van haar vroegere films. Ze speelde nog mee in de muzikale film “Sweet Charity” (1969) met als regisseur Bob Fosse. Het was een volkomen mislukking, maar aan de film hield ze haar lijflied “If My Friends Could See Me Now” over. Het nummer was altijd het hoogtepunt van haar optredens als zangeres en werd altijd gedraaid als ze ergens, bijvoorbeeld in een TV show, te gast was.

Shirley nam eind jaren zestig en begin jaren zeventig geen films op. Dit om te gaan werken aan haar andere capaciteiten. In die tijd was ze vaak op de televisie te zien in Amerika. In 1971 en 1972 had ze haar eigen komische serie bij ABC, “Shirley’s World”. Daarnaast was ze de ster in, door publiek en critici goed ontvangen, TV specials waarin ze haar zang- en danstalenten kon laten zien. Om te beginnen met “Shirley MacLaine: If They Could See Me Now” voor CBS, waarmee ze een Emmy won.

Ze verafschuwde haar imago van op het scherm van een beetje geschift mens en stortte zich in de politiek. Eerst voor de afgevaardigde van Californië Robert F. Kennedy en later als campagne-voerster voor George McGovern in 1972. Het jaar daarop toerde ze door China en legde ze haar ervaringen neer in het boek “You Can Get There from Here” en in een documentaire “The Other Half of the Sky: A China Memoir” (1975), waarvoor ze een Oscar nominatie ontving voor de beste documentaire. In 1973 schreef ze de eerste van haar openhartige memoires “Don’t Fall Off the Mountain” (Val niet van de berg). In 1976 keerde ze terug op Broadway met haar indrukwekkende one-woman show “Gypsy in My Soul”.

Midden jaren zeventig hervatte ze haar speelfilm carrière met een rol als vroegere ballerina die de degens kruist met haar eeuwige concurrente (Anne Bancroft) in “The Turning Point” (1977). Ze evenaarde dit succes met haar seksueel geladen rol als lang genegeerde vrouw van een machtige zakenman die steun probeert te vinden bij haar vriendelijke tuinman, Peter Sellers, in “Being There” (1979), onder regie van Hal Ashby. Beide films zetten haar als oudere, maar niet minder pittige, vrouw weer op de kaart in Hollywood. Maar haar grote triomf kwam vier jaar daarna in “Terms of Endearment” (Tijd van genegenheid, 1983), onder regie van James Brooks. Shirley ontvouwde volledig haar dramatische talent als Aurora Greenway, die de verschillen met haar dochter Emma (Debra Winger) opzij zet om voor haar te zorgen bij haar terminale ziekte. Haar prestatie was hard bevochten. Shirley verliet de productie halverwege om pas later weer terug te komen om de film af te maken. Er gaan verhalen over eindeloos gekibbel op de set tussen de ervaren actrice Shirley en de rijzende ster Debra Winger. Maar uiteindelijk won ze een Oscar voor haar rol, waarmee ze haar dochter op het scherm versloeg.

Haar goodwill en faam door het winnen van een Oscar verbleekte enigszins door de uitgifte van haar nieuwe memoires “Out on a Limb” (Buiten op een tak, 1983). Het boek werd een bestseller die gedetailleerd verhaalt over haar fascinatie voor spiritualiteit, inclusief ervaringen met het buiten haar lichaam treden en reïncarnaties. Dit onderwerp versterkte haar imago als een ietwat excentrieke vrouw, iets dat ze met een opmerkelijk goed humeur aanvaardde. Dat toonde ze aan met haar rol als zichzelf in het hiernamaals in “Defending Your Life” (1991), onder regie van Albert Brooks. Na haar boek “Out on a Limb” nam ze vier jaar geen filmrollen aan. Wel trad ze als zichzelf op in een televisiebewerking van haar boek, in 1987 uitgezonden door ABC. Ze kreeg er een Emmy nominatie voor. Over hetzelfde onderwerp schreef ze nog drie boeken, “Dancing in the Light” (1986), “It’s All in the Playing” (1987) en “Going Within” (1989). Ze bracht in 1989 zelfs een video uit voor spirituele training, “Shirley MacLaine’s Inner Workout”.

In 1984 stond ze voor een laaiend enthousiast publiek op Broadway met haar tweede one-woman show “Shirley MacLaine on Broadway”.

Eind jaren tachtig keerde ze weer terug naar de film. Het begon met “Madame Sousatzska” (1988), regie John Schlesinger, in haar rol als excentrieke pianolerares. Voor deze rol ontving ze een Golden Globe. In die tijd beeldde ze meerdere malen formidabel de rol van matrone uit, vooral in “Steel Magnolias” (1989), regie Ouiser Boudreaux. Iets minder goed ontvangen films, maar door haar niet minder gespeeld en goed voor een nominatie voor een Golden Globe waren haar rol als joodse moeder in “Used People” (1992) en als meedogenloze First Lady in “Guarding Tess” (1994). Onder regie van Aurora Greenway speelde ze in “The Evening Star” (1997), de lang verwachte opvolger van to “Terms of Endearment”. Maar het resultaat verbleekte in verhouding tot deze film en dat was voornamelijk te danken aan het feit dat Debra Winger in deze film ontbrak. In 1998 werd Shirley voor haar vele werk in film, voor telvisie en op het toneel door de Academy vereerd met de Cecil B. DeMille Award.

Shirley’s drukke schema eind jaren negentig en begin jaren tweeduizend omvatten televisiefilms, waaronder “These Old Broads” (Deze ouwe wijven, ABC, 2001). Het bracht haar samen met de iconen Elizabeth Taylor, Debbie Reynolds en Joan Collins. Ze speelde make-up deskundige Mary Kay Ash in “The Battle of Mary Kay” (CBS, 2002) en ze speelde een bijrol in Joseph Sargeant’s “Salem Witch Trials” (CBS, 2003).

In 2000 maakte ze haar debuut als regisseuse met “Bruno”, een ongewoon drama over een jonge jongen die zich graag vrouwelijk kleedt.

Hoewel ze de zeventig jaar al gepasseerd was, bleef ze in trek voor filmrollen en speelde ze belangrijke bijrollen in 2005. Ze speelde een prachtig gevormde Endora in “Bewitched” (Betoverd), waarbij ze de in de originele versie spelende Nora Ephron naar de kroon stak. Ze speelde een heel andere rol, namelijk als sympathieke grootmoeder “In Her Sh s”. Haar komische talenten kwamen ook weer tot hun recht als grootmoeder van Jennifer Aniston in Rob Reiner’s “Rumor Has It” (Er gaat een gerucht, 2005). Voor haar rollen kreeg ze veel waardering en ze verdiende haar zoveelste Golden Globe nominatie voor “In Her Sh s”. Ze schitterde in “Coco Chanel” (2008) als de beruchte Franse modekoningin, waarvoor ze opnieuw een Golden Globe nominatie kreeg. Dit keer als Beste Actrice in een miniserie. Verder kreeg ze in 2009 nog een Emmy nominatie voor deze rol.

Shirley en Steve

Shirley, Steve en Sachi

Shirley en Sachi

Shirley MacLaine trouwde op 17 september 1954 met de twaalf jaar oudere zakenman Steve Parker. Ze kregen één kind, dochter Sachi (geboortenaam Stephanie), dat geboren werd op 1 september 1956 in Los Angeles (Californië). In 1982 zijn ze gescheiden. Shirley is nooit hertrouwd. Steve Parker wel. Hij overleed op 13 mei 2001 in Honolulu (Hawaii).

De laatste jaren gaat ze door met het schrijven van boeken over haar spirituele interesses. Een paar voorbeelden zijn “Out on a Leash: Exploring the Nature of Reality and Love”” (2003) en Sage-ing While Age-ing” (2007).

Shirley MacLaine heeft een ster op de Hollywood Walk of Fame.

Kijk en luister naar Shirley MacLaine

(TIP: mocht uw internetverbinding niet snel genoeg zijn, klik dan links onder op II)

(er ontstaat dan een driehoekje met de punt naar rechts)

(laat u het filmpje downloaden en klik dan op het driehoekje)

The trouble with Harry

Ocean’s Eleven

The apartment

What a Way to Go

Irma la douce

Sweet charity

Being There

Terms of Endearment

Steel Magnolias

Used People

The Evening Star

Rumor Has It

Coco Chanel

Geraadpleegde bronnen o.a.:

All movie guide

IMDb

Starpulse

Wikipedia

Yahoo movies

 

Terug naar Nostalgie


We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten