Home / Gedichten / Avondgebedje van een ondeugende teckel

Avondgebedje van een ondeugende teckel

Met dank aan Jeanne Albers voor het insturen van de tekst

Op mijn kleine korte pootjes, kniel ik even voor u neer.
Ik wil u hartelijk bedanken, voor deez’ fijne dag, o Heer.
Wel moet ik u opmerkzaam maken, het begon een beetje vroeg,
Of lag het aan mijn slaperig oortje dat de klok zes slagen sloeg?

Er viel vandaag een beetje regen. En de wind was dun en koud.
U moet toch weten, grote schepper, dat een taks daar niet van houdt.
Het is niet, dat ‘k wil verwijten, daarvoor ben ik toch te klein.
Maar de warmte van het zonnetje, zou voor mij veel beter zijn.

Ik heb vandaag weer veel gelachen. Lieve Heer wat een plezier,
Want die pestkat van de buren, zorgde weer voor mijn vertier.
Lekker bibberend van de koude, zat ie op de schuur, kletsnat,
Ik zat droog achter de ramen. Hemel wat een lol gaf dat.

Omdat ik deed of ik iets ‘doen’ moest, liet mijn baas mij even uit,
Ik zachtjes naar dat beest geslopen, met zijn stomme kattensnuit.
’t Loeder had niets in de gaten en toen gaf ik toch een blaf,
Lieve Heer, ‘k heb krom gelegen, hij viel van het schuurtje af.

Met zijn staart recht in de hoogte, ging ie krijsend aan de haal,
Op een afstand zitten blazen, ’t beest is toch zo asociaal.
’t Kreeg toen zo de pé in, weet u, ik heb ‘m even opgezocht,
Eerlijk Heer, ik was vergeten, dat het van de baas niet mocht.

Maar wat doet dat zwarte monster? Deelt een dreun uit met zijn klauw.
Zeg nou zelf, dat was niet eerlijk. En toen gaf ik hem een knauw.
Het werd een levensgrote ruzie, met ontzettend veel kabaal.
En ik dacht: voor ik ga verliezen, ga ik pijlsnel aan de haal.

Dat was reuze slim bekeken, want de baas kwam op mijn baan.
Nou, dat is een sterke kerel. Die kan echt een kat wel aan.
Over mij had hij wat zorgen, die kattenklauw deed reuze zeer.
Gelukkig had hij nog een tube, met een of ander wondersmeer.

Toen ben ik even uit gaan rusten. Voor deez’ keer mocht ik op bed.
Terwijl ik sliep trokken mijn pootjes nog van dolle binnenpret.
Het wakker worden was geweldig. O, Heer, mijn baas is toch zo’n dot.
Omwille van die grote krabbel, kreeg ik een super vleesrijk bot.

Nou dacht ik Heer, een kleine teckel, heeft vast uw welgevallig oog.
‘k Ben altijd lief, altijd gehoorzaam. De baas prijst immers hemelhoog.
Als u een beetje mee wilt werken, Uw scheppingsplan nog eens beziet,
Denk dan aan katten zonder nagels. Dat is toch eerlijker? Of niet.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten