Wel, vogeltjes! Wat ben-je dom,
Dat ge alle wegvliegt als ge ’t ziet!
Het is een pop en anders niet,
Met menig’ ouden lap er om:
Kijk! of ge ‘em pikt en of ge ‘em slaat,
Hij blijft een doode, kameraad!
En doet u zeker leed noch kwaad.
Wel, jongelief! zijn wij zoo dom,
Gij zijt toch ook zoo’n slimmert niet;
Want, als ge ’s avonds eens wat ziet,
Dan schrikt ge er van, en loopt weêrom,
En vreest voor spook of ander kwaad….
En keek-je eens op de keper, maat!
Dan was ’t verbeelding, kameraad!
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.