
In café “De Volle Borsten”
stroomt het bier rijk uit de kraan
niemand komt er droog te staan
nimmer zul je er verdorsten
In café “De Volle Borsten”
strijkt de waard met zwier zijn spaan
In een geur van gistend graan
is hij keizer aller vorsten
In café “De Volle Borsten”
zal in plaats van dood te slaan
schuim fris langs de lippen gaan
en de schrale keel ontkorsten
In café “De Volle Borsten”
groeit de dwerg tot een titaan