
Drieëndertig jaar
was Jezus toen hij stierf voor mij,
het offerlam van God,
verraden door zijn volk.
Pilatus sprak hem vrij:
rechtvaardig is hij.
Weggestemd –
zij schreeuwden: kruisig hem.
Zijn bloed bevrijdt
ons van alle kwaad,
Messias voor altijd.
Daar op Golgota
heeft Jezus’ bloed voor mij gevloeid.
De aarde dronk het in
als water uit de rots.
De dorst heeft hem gekweld,
de spot van: help jezelf.
God mijn God,
waarom verlaat u mij?
Zijn bloed bevrijdt
ons van alle kwaad.
Martelende pijn,
Heer Jezus, leed u toen voor mij, De weeën van duister en dood de angst en ademnood.
Uw armen wereldwijd
omspannen elke tijd.
Deze dag –
God zag hoe goed het was.
Zijn bloed bevrijdt
ons van alle kwaad,
Messias voor altijd.