Home / Gedichten / Het ouderenprobleem

Het ouderenprobleem



De S.E.R. komt met een lumineus idee:
‘We korten van de oudjes hun A.O.W.,
natuurlijk zeggen we het niet op die manier,
we doen het zo, dat er geen dooie pier
iets van zal kunnen zeggen,
dan hoeven we ook niets uit te leggen,
want belasting betalen moet iedereen in ’t land
en, zoals je weet, loopt die hoge ouderdom
volkomen uit de hand,
laten we daarom over de A.O.W. ook A.O.W. gaan heffen,
dan hoeven we de jongeren niet zo hard te treffen,
want die hebben de toekomst in de hand
en die vijfenzestigers staan toch al aan de kant,
ze teren op deze gemeenschap
en ons budget is al zo krap,
okee, hard gewerkt hebben ze wel,
maar dat hoort nu eenmaal bij het spel
van genieten, eten en leuke dingen,
dat gebeurt in alle kringen,
dus dat werken kunnen we wel vergeten,
daardoor zijn ze echt niet versleten,
maar zeg: de Geus jij bent zo goed,
jij weet precies hoe je dit aanpakken moet,
je hebt ze al haast kaal geplukt,
dus we denken dat dit je ook wel lukt.’

En de Geus, die man van ijzer,
wordt met de dag een stuk wijzer,
hij heeft het probleempje opgelost
en het heeft de Staat ook bijna niets gekost.

Nu vloeit er niet alleen water uit de kraan,
maar Geusje heeft er een bacterie in gedaan,
natuurlijk alleen bij verzorgingshuizen
en daar sterven ze thans als luizen.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten