
Mijn herkomst is oneindigheid
mijn toekomst ver te zoeken.
Ik tel de dagen van mijn reis
die lang is als de horizon.
Soms als ik in een spiegel kijk
zie ik, dat ik op niemand lijk.
Zilveren glasplaat dat ben ik,
die langzaamaan beslaat van schrik
naarmate ik het beeld herken
en zie dat ik mijn moeder ben.
Binnen het telraam van de tijd
waarin begin en einde ligt
blijf ik op zoek naar mijn gezicht.