Home / Gedichten / Mijn laatste huis

Mijn laatste huis

Met dank aan Eve Sluis-de Bruin voor het insturen van de tekst

Mijn allerlaatste huisje,
piepklein en heel gewoon,
zal ik alleen bewonen
’t is maar voor één persoon.

Dat huisje, zonder hypotheek
en makelaar overbodig,
wordt niet gesubsidieerd,
dat is beslist niet nodig.

Niemand wil dat huisje kopen,
al viert de woningnood hoogtij.
Woningruil is uit den boze,
dat huisje is bestemd voor mij.

Het zal mij worden toegewezen,
als de tijd daar rijp voor is.
‘k Hoef niet op de woningwachtlijst,
dat bespaart veel ergernis.

Pasklaar wordt het afgeleverd
en van een kijkluikje voorzien.
Bij vier dagen open huis
kan men mij voor ’t laatst dan zien.

Daarna wordt mijn kleine huis,
‘zes planken van ’t goedkope soort’
hermetisch afgesloten
en ik kan wonen… ongestoord.

En als de tand des tijds gaat knagen
en mijn kleine huis verweert,
zal er niemand zijn die voorstelt
dat het wordt gerenoveerd.

Geen mens zal mij daar ooit bezoeken,
niemand gaat er met mij mee.
Want in mijn allerlaatste huisje
is geen plaats voor twee…