
Ik weet een café in Laren,
daar ligt nog zand op de grond.
Onder het biljart een bak met het helderste water,
voor iedere bezoeker met hond.
De waard die vertrouwd er zijn gasten,
de pisbak is buiten ’t café.
Soms als iemand niet wil, of kan betalen,
doet daar dan z’n voordeel soms mee.
De waard schenkt z’n gasten vertrouwen,
het gebeurt daar al honderden jaren
een enkele keer maar geschonden
daar in dat cafeetje in Laren.
De mensen die daar hun dorst komen laven,
zijn van alle rangen en stand.
Ja, het is daar in het café goed toefen,
In ’t hartje van het Gooise land.
En waar ook ter wereld ik kom,
in kroegen in knijpen of Grand Café.
Dat kroegje in het mooie Laren,
draag ik in mijn hart steeds met me mee.