
Wat ben je vertederend en klein,
je bent een wereldwonder.
Je huid is roze en prachtig gaaf.
Je bent echt al heel bijzonder.
Jouw oogjes kijken pienter rond
en zoeken hongerig eten.
Al is het nog maar kort terug,
dat je lekker hebt gegeten.
Dan rust en slaap je weer tevree
en gaat weer lekker liggen.
Nu zijn de anderen aan de beurt,
de rest van de kleine biggen.