
Als ik dwaal over de heide,
wanneer de dag geeft zijn laatste licht.
Dan zie ik, waar de horizon de hemel van de aarde scheidde,
’t is of de zon daar op de aarde ligt.
Ik blijf dan uit eerbied even staan,
als de zon gaat langzaamaan ten onder.
Ik denk er dan telkens aan,
hoe groot de Schepper wel is van dit wonder.