
De kerstklokjes klingelen zo liefelijk en rein
Ze zingen het verhaal uit overoude tijden
dat telkens weer ons hart verwarmt, ons feest’lijk komt verblijden
Ze zingen het verhaal van een lief kindje klein
Dat kindje is de schat, het kostbaar kleinood
van Jozef en Maria, hun vreugde was zo groot
De kerstklokjes klingelen vol milde, zachte klank
Ze brengen ons een boodschap van eeuwen lang geleden
Het is d’ aloude boodschap weer van liefde en van vrede
Het ruist nu dor de heem’len op accoorden blank
dat Jezus is geboren in stille donk’re nacht
Hij komt het mensdom schenken Zijn goddelijke kracht