Home / Liedjes / De Mannetjes-Schutters

De Mannetjes-Schutters


Daar komt de schutterij
met vaandels en met pluimen
Zij lopen in de rij
Zij kauwen op hun pruimen
Wat zijn ze in hun schik
Hun neuzen die krullen
Zij loopen in de pas
als zoete lieve knullen

[Refrein:]
Daar komen de schutters, zij lopen zich lam
De mannetjesputters van Amsterdam
O, wat een geschitter, wat hebben ze een lef
Dat komt van de bitter en plichtsbesef

Daar komt de Generaal
En geeft die vent een lijpie
Dat ie op de vlakte komt
met sigaar of met pijpie
Maar schutters zijn gaar
en laten zich niet koejeneren
Ze stoppen hun sigaar
in de loop van hun geweren

[Refrein]

Een schutter is een klant
die om niets kan brommen
Durft gij, vraagt de Sergeant,
hier zonder schenen te komen
Dan antwoord hij beleefd
Sergeant ben jij bekrompen
Als ik geen schoenen heb
dan schutter ik maar op klompen

[Refrein]

Wanneer de Generaal
de troep gebiedt te zwijgen
Dan roept er een brutaal
Kijk jij maar naar jou eigen
Jij kan, wat mij aangaat
wel naar de donder loopen
Wanner jij zoo’n hoogen toon aanslaat
kom ik geen kaas meer bij je koopen

[Refrein]

Een schutter is het beeld
der Nederlandse Natie
Maar dat het hun verveelt
dat merk je aan hun facie
Nooit heeft hij bloed vermorst
Liefst staat hij bij zijn wapen
voor Vaderland en Vorst
een uur of drie te gapen

[Refrein]

Als eenmaal onze stad
de schutters op gaat doeken
Dan drinken zij zich zat
en gaan dan ruzie zoeken
Als dan op ’t veld van eer
een schutter wordt gevonden
Dan is hij voor de eerste keer
een lijk of een gewonde

[Refrein]



(zie ook De Schutterij bij Koos Speenhoff)

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten