Home / Liedjes / De trein
1800

De trein

(Ernest Groeneveld)
Met dank aan Andreas Jaquet voor het insturen van de tekst

Op ’t perron van ’t station
Gaan de mensen heen en weer
Een gesjouw, alles gauw
Smijt die pakjes daar maar neer
Komt ie an zwarte Jan
Is geen houden haast meer an
Stuift ie door over ’t spoor
Of ie niet meer stoppen kan
Met een sis en een kris
Kraken remmen ruw doorheen
Met een puf staat ie paf
Nu te hijgen als niet een
Het portier als op kier
Hoor je open slaan en dicht
Een gedrang van belang
Jongens wat een mal gezicht
En de chef roept met lef
Ben je klaar daar achteraan
Dan een fluit schel geluid
Kijk ie nou bedaardjes gaan
Met een zucht zo beducht
Maakt ie langzaam een begin
Maar alras zet ie spat
Komt de gang er alweer in
Met zijn damp en gestamp
Gaat ie almaar almaar vort
En vertelt met geweld
Hoe ie snuivend verder snort
Heg en steg op de weg
Schieten schichtig heen en weer
Lijk een draad dat daar gaat
In een zig zag op en neer
Kijk nou vlug bij die brug
Neen kom hier aan deze zij
Woont ome Piet zie je ’t niet
Rrrrits nou is ie er al voorbij
En zo voort en zo voort
Dat is alles wat je hoort
En ie raast en ie daast
Of ie zich aan niemand stoort
Maar gewis met een sis
Staat ie toch weer eenmaal stil
En gered ben je net
Tijdig waar je wezen wil

(het vreemde aan dit liedje is dat, als volgens de tekst de trein trager gaat rijden, ook het zangtempo vertraagt en als hij weer vertrekt en sneller en sneller gaat rijden gaat ook het zangtempo weer mee omhoog)

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten