Ik hou van alle vrouwen,
Mijn hart is veel te groot.
Daar ben ik mee geboren,
Daar ga ik ook mee dood.
Ik kan geen vrouwen haten,
Dat is een groot gevaar.
Als d’ een mij heeft verlaten,
Dan staat een ander klaar.
Ik hou’ van alle vrouwen,
Dat is een groot verdriet,
Met één kan ik maar trouwen,
En daarom trouw ik niet.
Ik hou’ van alle haren,
Al zijn ze nog zoo raar.
Ja als er groene waren,
Vond ik dat geen bezwaar.
Ik hou’ van alle zoenen,
Al doen ze nog zoo’n zee,,
En krijg ik er millioenen,
Dan wil ik er nog meer.
Ik hou’ van alle wangen,
Ik knijp ze gaarne rood,
Verlies ik dat verlangen,
Dan ga ik eerlang dood,
Ik hou van alle harten,
Al zijn ze van venijn,
Er is geen grooter smarte,
Dan zonder hart te zijn.
Ik hou’ van alle oogen.
Ik kijk er gaarne in,
Hoe meer ik word bedrogen,
Hoe meer ik ze bemin.
Ik hou’ van alle vrouwen,
Dat heb ik nooit betreurd,
En om geen kwaad te brouwen
Min ik ze om de beurt.
Ik hou’ van heel ’t leven,
Het leven om een vrouw,
Om ieder wat te geven,
Ben ik ze allen trouw.
Moraal:
Ik hou’ van alle vrouwen,
En toch ben ik niet blij,
Geen een wil van me hou’en,
Geen een heeft zin in mij.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.