
Rood en goud, rood en goud,
zijn de kleuren van het woud.
Rode beuken, gouden berken,
delen ’t bos in bonte perken.
Rood en goud, rood en goud,
zijn de kleuren van het woud.
Goud en rood, goud en rood,
dwarrelt neer in greb en sloot.
Rode wingerd, gulden linde,
netelblad en heggewinde.
Goud en rood, goud en rood,
voeren ’t bos ten najaarsdood.