Home / Liedjes / Het lied van Bacchus

Het lied van Bacchus

(René de Clercq 1877-1932 )
Met dank aan Jeanne Albers voor het insturen van de tekst

Men hoort in onze kerke
Den paster met zijn preek:
Dat elk zijn ziel versterke
Door vasten, week op week.
Maar hier, waar ’t lied van Bacchus klinkt,
Is ’t beter dan in ’t sermoen.
De hemel drinkt, en de aarde drinkt,
Hoe zouden wij ’t niet doen?

De paster, in zijn kuipe,
Praat voor een oude non;
Maar Bacchus preekt de zuipe,
En elk zit rond zijn ton.
De kreuple zelf springt op en hinkt
Om zich daarheen te spoên.
De hemel drinkt, en de aarde drinkt,
Hoe zouden wij ’t niet doen?

De mannen en de vrouwen
Scheidt men hier niet vaneen.
Want ieder, die wil trouwen,
Mag vrijen, naar ik meen.
En ’t meisje dat een oogje pinkt,
Krijgt van haar lief een zoen.
De hemel drinkt, en de aarde drinkt,
Hoe zouden wij ’t niet doen?

Hier hebt gij geen miserie
Om alles te verstaan.
Het slot van elk mysterie
Draait open als een kraan.
Als ’t bier maar in den beker blinkt,
Heeft alle latijn fatsoen.
De hemel drinkt, en de aarde drinkt,
Hoe zouden wij ’t niet doen?

De pasters zeggen: amen!
Maar Bacchus zegt: ’t Is uit!
En: vult het! roepen samen
De scharen, lang en luid.
De glazen op! God Bacchus schinkt!
Zijn hoofd is al één groen!
De hemel drinkt, en de aarde drinkt,
Hoe zouden wij ’t niet doen?

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten