
Al reisde je de wereld rond, al zag je Oost en West,
je voelt je in je eigen land, toch altijd maar het best.
Omdat je steeds iets missen moest, waar of je ging of kwam,
het was je oude Rembrandtplein, het hart van Amsterdam.
[Refrein:]
Rembrandtplein, Rembrandtplein
ja, daar kan toch ied’re Amsterdammer trots op zijn.
Rembrandtplein, Rembrandtplein
dat zal over honderd jaar nog steeds het zelfde zijn.
Rembrandtplein, Rembrandtplein
want daar begint toch de Victorie
van het mooie Rembrandtplein.
Zelfs Piccadilly, Leicester Square, Montmartre, Reperbahn
dat kan je met ons Rembrandtplein, niet vergelijken gaan.
Want waar ter wereld vindt je toch, die oude romantiek
de sfeer van ’t plein, die stemt je soms blij en melancholiek.
[Refrein]
We zien daar als ’t symbool van kunst,
het beeld van Rembrandt staan.
Door hem zal nooit van ’t oude plein,
de roem verloren gaan.
’t Mag zijn, dat ’n ander deel der stad,
zijn eigen schoonheid biedt.
De Charme van het Rembrandtplein,
die vindt je elders niet.