Home / Liedjes / Het prinsesje

Het prinsesje


Eenzaam ben ik nu en verlaten,
Niemand die mij kent van voorheen,
Men schaamt zich om met mij te praten,
Men lacht wat om mijn geween.
Ook ik was vroeger zeer deugdzaam,
Wist niets van de wereld vol schijn,
Waarom kon dat niet eeuwig zoo duren,
Waarom moest die ontgoocheling zijn.

Refrein:
Ik was een klein prinsesje,
En kende goed mijn lesje,
Ik leefde in een gouden mijn,
Vol naberouw en fijnserij,
Was als de lelie teer,
Maar weg is nu mijn eer.

Vroeger minde mij alle heeren,
Men roemde mijn schoonheid zoo teer,
Maar juist door da coccetteeren,
Verloor ik mijn schoonheid en eer.
Mijn kleur was een blos der gezondheid,
Maar nu is ’t een kleur van de schijn,
Ik moest lachen als ik soms wou schreien,
De liefde deed mij helaas pijn.

Refrein:
Niets was er vroeger fijnder,
In deugd was niemand reiner,
Maar weg is nu die gouden tijd,
Vol naberouw en fijnserij,
Ik was als de lelie teer,
Maar weg is nu mijn eer.

Daarom wil ik geen kwaad altijd denken,
Zie hier een gevallene vrouw,
Mooie woorden, benevens geschenken,
Hij zwoer haar zijn liefde en trouw.
Dat is het wapen van alle mannen,
En is dan hun hartstocht voorbij,
Dan denken ze aan hun vrouw als speelgoed,
En gooit het dan weder op zij.

Refrein:
Niets was er vroeger fijnder,
In deugd was niemand reiner,
Maar weg is nu die gouden tijd,
Vol naberouw en fijnserij,
Ik was als de lelie teer,
Maar weg is nu mijn eer.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten