Het Staatspensioen
Ben een stokoude man
Die geen sikkepit meer kan
uit gemergeld gelijk één citroen
Ik heb geswoegd en gesjouwd
voor mijn tijd was ik oud
kan geen hand in koud water meer doen
al mijn ledematen zijn stijf
Ik heb geen bloed meer in mijn lijf
ben een geraamte van vel over been
uitgedroogd van mijn kop tot teen
Ben een wandelend skelet
zonder vlees en zonder vet
vol met knopen
kan niet meer lopen.
[Refrein:]
Maar ik kom nu in betere doen
want ik heb nu Staatspensioen
Uit de schatkist van ons lieve Nederland
en nu ben ik weer uit de brand.
Van mijn dertiende jaar
lanterfanter ik maar
Langs de straten met bosjes radijs
ik heb gesjouwd met tabak
tot mijn ribbenkast brak
Op mijn twintigste jaar was ik grijs
Eindelijk ben ik getrouwd
en dat heeft mij berouwd
want mijn vrouw bracht de veertiende ja
en nog werd ik niet rijk
Stond finaal aan de dijk
met mijn liefjes …
en de huisbaas zette mij er uit.
[Refrein:]
Maar dat zal hij toch nu niet meer doen
want ik heb nu Staatspensioen
En nu neem ik voortaan een beetje rust
ga naar mijn … mijn buitenlust.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.