Het was een maget uitverkoren
Daar Jezus af woude zijn geboren
Heer Jezus sprak tot Gabriel schoon
Hij zei: ‘vaart neder uit de troon
Al tot de stad van Nazareth
Daar woont een maget onbesmet
Groet ze mij met de name mijn
En zeg dat ik haar kind wil zijn
De engel was een bode goed
Hij kwam er neder metter spoed
Te Nazareth al in die stede
Al daar zij lag in haar gebede
Hij zei: ‘God groet U, zuiver maget
Gij zijt die Gode wel behaget.’
Hij wil van U geboren zijn
Jezus Christus, de meester mijn
Van als Maria dat verstoet
Werd zij vervaard in haren moed
Zij sprak: ‘Hoe mog’ik hem bekennen
Want ik nooit man begeerd’om minnen.’
‘Die heil’ge geest zal in U komen,
Gelijk de dauw valt op de bloemen.’
Maria weset onversaagd
Het is Gods zone die gij draagt
Heer Jezus heeft U uitverkoren
Hij wil verlossen dat was verloren
Van alle zeer ben ik genezen
De deerne Gods wil ik er wezen
Maria viel er op haar knieën
‘Den wille Gods moet mij geschiën.’
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.