Niet ver hier vandaan is een straatje zo klein
’t Is eigenlijk niet meer als een steeg
Toch mag ik zo graag in dat straatje daar zijn
Al is het daar nu stil en er leeg.
Ik ben in dat steegje geboren
Als vrucht van een liefde zo teer
Al kon ik mijn ouders nog horen
Hun dankbeê van toen aan de Heer
Mijn moeder keek mij in de ogen
Ze huilde van vreugde en bad
Toen knikte mijn vader bewogen
En lispelde zacht, ’t is een schat
De huizen zijn oud worden niet meer bewoond.
‘t Is afbraak, zoo als men beweerd.
Maar ‘k hou van dat steegje,
al is het onttroond:
het heeft mij het leven geleerd.
Ik ben in dat steegje getogen.
Daar groeide ik op tot een man.
Daar zijn vele jaren vervlogen
Die ‘k niet uit m’n geest bannen kan.
Daar heb ik mijn schooltijd gesleten
Ik kende er vreugd en verdriet.
‘k Ben veel uit mijn jeugdtijd vergeten,
maar ‘t steegje zoo klein, echter niet.
Ik ken elke steen en weet ieder huis
Het steegje beheerst vaak mijn geest
Soms loop ik er door en dan voel ik me thuis
Precies zo het eens is geweest
Ik heb in dat steegje gestreden
Met ziekte, met zorgen, met smart
Ik heb er in stilte gebeden
Ik vond daar de man van mijn hart
Vandaar bracht ik moeder ter aarde
Toen zij veel te vroeg mij ontviel
Al heeft het voor een ander geen waarde
Voor mij is het een stuk van mijn ziel
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.