Mijn lieve nicht, ik zou wel kunnen grienen,
Van vreugde, want ik hoor het gaat je goed.
Ze zeggen dat je niet meer hoeft te dienen,
Je leeft nou zellef op je grote voet.
In plaats van Jaantje heet je nou Jeannette ,
Ik snap het niet, hoe kom je daar zo an?
Daar zou ‘k nou ook m’n zin op kunnen zetten,
Je ouwe tante houdt er ook wel van.
Je handen zijn niet ruw meer van het werkenm
Ze binne nou zoo zacht als zij fleweel,
J’ had altijd van die rooie harde vlerken,
Maar door het niksdoen zijn ze zacht en heel.
Ze zeggen je houdt nu zelf een masse booien,
Woont in een prachtig huis, nou kijk es an.
As jij me nou is bij je thuis wou nooien,
Je ouwe tante houdt er ook wel van.
Ik hoor je zit gezaaid met diamanten,
Onder de dames val jij ’t meeste op.
Je draagt de duurste kleren, zij en kanten,
De mooiste pleures boven op je kop.
Je hebt een kamer vol met dooieletten,
Drie maal per dag trek ie wat anders an.
As jij voor mijn nou wat opzij kan zetten,
Je ouwe tante houdt er ook wel van.
Met eigen auto of met ekepazie,
Rij j’ alle dagen deftig door de stad.
Dan leun je in de kussens achterover,
Alsof ie zeggen wil: wie doet me wat?
Je drinkt sepanje en rookt zuigeretjes,
Op bals en opera’s ben je stees vooran.
Ze zeggen wat je uitvoert is niet netjes,
Maar j’ ouwe tante houdt er ook wel van.
Ze zien je tellekens met and’re heren,
En ’s avonds ga je nooit alleen naar bed.
Ze zeggen dat je je laat marioneren,
Dat hebben ze van jou zo opgelet.
Kan jij van al die vreemde heren houen?
Ik hield, toen ‘k meisje was, van ene man,
Maar as je ‘r nou somwijlen een kan missen.
Je ouwe tante houdt er ook wel van.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.