In de kranten stond te lezen,
Wat of Kuyper heeft gedaan;
Hoe hij spiernaakt in zijn eentje,
Voor de glazen is gaan staan;
Hoe de burgerij van Brussel,
Aan een sater heeft gedacht,
Hoe hij door een paar agenten,
Naar de bak toe is gebracht.
Dokter had hem aanbevolen
Zoo’n kuur te ondergaan,
Hoe hij om wat op te knappen
Naakt zoo heen en weer moest gaan.
Ook studenten doen die dingen
Na ’t gebruik van heel veel wijn,
Als ze van ’t zware fuiven
Ziek in ’t hoofd en katt’rig zijn.
Maar dat zal wel niet zoo wezen
Drinken is voor Kuyper niets,
Mannen met zoo’n grondbeginsel
Hebben hekel aan zoo iets.
Proeven, zwabberen en fuiven
Plicht verzaakt en nachtgebraakt,
Zijn toch voor ’n man onmooglijk
Die de drankwet heeft gemaakt.
Booze tongen durven fluist’ren
Kuyper die is van de wijs,
Kuyper droomde zich natuurlijk
Dwalend in ’t Paradijs.
Dat hij dus de bijbel volgde
En voor Adam heeft gespeeld,
En dat Eva in ’n hoekje
d’ Appel met hem heeft gedeeld.
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.