Home / Liedjes / Spreeuwenliedje

Spreeuwenliedje

Met dank aan Willie Versteegen voor het insturen van de tekst

Welkom, spreeuwtje! op het dak,
Waar ge in ’t glimmend zwarte pak,
Weêr uw liedje zit te fluiten.
’t Eerste zomersche concert,
Dat natuur gegeven werd,
Lokt ons allen reeds naar buiten.
Vrolijk neuriet gij ons toe:
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

Vochtig van den morgendaauw,
Is uw borstje, groen en blaauw,
Met gespikkeld paarsche veren.
Gij draagt ’t mooist satijnen vest,
’t Is van ’t fijnst en ’t allerbest,
Meer geglansd dan vaders kleeren
En de garnituur van moe.
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

Waarom zijt gij weg gegaan?
Hadt het liever niet gedaan.
Waartoe toch naar warmer plaatsen?
Waart gebleven, lieve spreeuw!
Want er viel zoo weinig sneeuw.
Niemand zag men op de schaatsen,
En de sloot lei haast niet toe.
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

Ja, gij lacht ons, looze guit!
Met uw klepprend snaveltje uit,
Daar wij tent nog ijsbaan zagen;
Maar wij lachen nu om strijd,
Dat gij zulk een koudkleum zijt.
Hebt gij geen bouffant of kragen?
Spreeuwtje! knoop uw rokje toe.
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

Zie, daar zwermt gij door de lucht,
Zwenkend in gelijke vlucht.
Laat de sperwer u niet vinden.
Zijn zijn nagels in uw rug,
Zoo zal hij ook even vlug,
U met huid en haar verslinden;
Daarom, spreeuwtje! zie wat toe!
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

O, daar haalt gij met uw bek
Uit mijn tuintje plant en stek,
Om ’t baldadig weg te slepen!
Wacht, ik zet mijn vogelknip,
En ik vang u in een wip;
Heb ik u maar eens gegrepen,
‘k Sluit u op,… en fluit u toe:
‘Kikriri – ri – kikrikoe!’

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten