
‘k Weet nooit vooruit waarheen mijn schreden voeren
Ik heb geen aandacht voor een dag of uur
Ik wil slechts vrij zijn en me kunnen roeren
En ben paraat voor ieder avontuur.
Mijn hart klopt gauw,
voor ied’re vrouw!
[Refrein]
’t Is zo leuk
als je drijft op de wind
en een vrouwhart vindt
dat slechts voor jou wil zijn.
’t Is zo leuk
in twee ogen te zien
die je zeggen “Misschien”
boven een goed glas wijn.
En je voelt het, je bent te benijden
omdat Amore je gaarne mag lijden.
’t Is zo leuk,
als je fluistert heel zacht
en ondeugend wat lacht
en dan een kus verwacht.
’t Is zo leuk
samen wand’len te gaan
en een bank te zien staan
dan is het leven leuk.
onder de oude beuk.