Als ’t je in ’t leven tegenloopt
en je zit in de dalles,
dan geef je elkeen goeie raad,
maar dat is dan ook alles.
“Kom kerel,” zegt men, “drink es leeg,
het zal wel beter lopen.”
Men houdt je vrij, maar vraag nu eens
een pop om brood te kopen.
[Refrein:]
Vrienden in den nood,
honderd in een lood.
Als je hen maar niet om hulp komt vragen,
want men zegt je dan:
“Heusch m’n beste man,
ik heb nog veel meer dan jij te klagen.
De lasten zijn te zwaar,
‘k leg geld toe ieder jaar,
en ik weet niet hoe ik het nog moet kroppen.
‘k Weet niet hoe ’t moet gaan,
‘k raad je daarom aan
om liever bij een ander aan te kloppen.”
En waar je komt daar vang je bot,
je allerbeste vrinden,
al konden zij het heel goed doen,
zijn niet voor hulp te vinden.
En klaag je, dat je vrouw en kroost
niet meer kunt onderhouwen,
dan zegt men: ” ’t Is je eigen schuld,
je had nooit moeten trouwen.”
[Refrein]
Je zaak wordt slechter met den dag,
’t bankroet is niet te keeren,
tenzij een goeie ouwe vriend
met geld wil assisteren.
Je vindt er een, die wil misschien
j’ uit de misère halen,
wanneer je vrouw dan met haar eer
de rente zal betalen.
[Refrein]
We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie
Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.