Home / Verhalen / Duwen

Duwen

Met dank aan Ivan Grud voor het insturen van de tekst


De zucht die zij liet, op het moment dat ze de kruk naast mij bezette, was overweldigend. “Hé,hé, ik zit, wat een pokkenweer, gisteren was het net zo, bah, niks aan, geef mij de zomer maar.” Ze keek mij vanuit een doorleefd gezicht vragend aan, ondertussen friemelende zij in een plastic zakje dat dienst deed als haar portemonnee.
“Kan nog net”, zei ze glimlachend, “Joop, een pilsje.” “Ja joh, we worden ouder, en dan is dat vieze weer niks hoor.” Zij was het type oudere vrouw, alles dik behalve haar beentjes, een beetje model staande schemerlamp. Ze nam een flinke slok van haar bier, en zei, “daar knap je van op.“ “Ja, een pilsje op zijn tijd gaat er wel in,” zei ik, om ook maar iets te zeggen.
“Gisteren, man, man,” begon ze weer,” gisteren ben ik toch gevallen!” Ik beleefd nieuwsgierig, “oh ja,hoe kwam dat zo?’ Haar glas was inmiddels leeg en ze keek mij aan, dan liet zij haar ogen op haar glaasje rusten. “Wilt u er misschien nog een van mij drinken ?’, vroeg ik, heel dom uiteraard. “Ja doe maar,ben er toch,” grijnsde ze mij toe ondertussen haar gebit met haar tong aandrukkend.
“Nee gisteren,” zoals je weet is de straat opgebroken, en moet je over de plankiers en door het zand maar thuis zien te komen.” Ze nam een flinke teug, en vervolgde, “regenen dat het deed, en een onweer, nog erger dan vandaag.” “Dus ik zo dicht mogelijk langs de huizen schuifelend door het zand naar huis, ik kon bijna geen hand voor mijn ogen zien, zo hard regende het.” Ze nam wederom een flinke slok, en smakkend met haar lippen vervolgde ze, “nou ben ik niet gelovig, maar ik bad echt onder het lopen tot de lieve Heer, Oh Heer, breng mij alstublieft veilig thuis.”
Haar glaasje was weer leeg, “nog een?’ vroeg ik haar, geheel overbodig. Ze knikte dankbaar en vervolgde haar verhaal. “Zo schuifelde ik verder, plots lag ik languit op mijn smurf in het zand naast de planken.” Ze vervolgde, “ik kwam overeind, en zittend op mijn knieën keek ik omhoog in de grauwe hemel, en zei,”Nou, lieve Jezus, je hoeft niet te douwen hoor.” Ze grijnsde, ‘nee toch.” “Ik zat helemaal onder het zand, mijn rok kapot, knie geschaafd, en mijn pols gekneusd.” “Ik had niet eens zo veel gedronken, hé Joop?” vroeg ze aan de barman.
Ze keek weer naar haar lege glaasje, en ja, “nog eentje?” vroeg ik haar.

We gebruiken cookies om er zeker van te zijn dat u onze website zo goed mogelijk beleeft. Als u deze website blijft gebruiken gaan we ervan uit dat u dat goed vindt. Meer informatie

Wij gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website voor de bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken.

Sluiten